5. Vóór inbedrijfstelling
Controleer of de gegevens vermeld op het kenplaatje overeenkomen
met de gegevens van het stroomnet alvorens het gereedschap aan
te sluiten.
5.1 De installatie
De installatie van het toestel gebeurt ofwel:
•
Stationair met een vaste buisleiding
of
•
stationair met een flexibele slangleiding
•
Drukslang of -buis met passende aansluiting aansluiten aan de
drukaansluiting (3).
•
Het apparaat moet met de meegeleverde kabel (fig. 1, pos. 10)
aan de ophangogen (fig. 1, pos. 2) worden bevestigd.
Aanwijzing:
Ga na of er mogelijk speciale voorwaarden voor de installatie zijn
voordat u de pomp in gebruik gaat nemen. Wanneer b.v. door stroo-
monderbreking, vervuiling of defecte afdichting materiële schade kan
worden berokkend, dienen bijkomende veiligheidsmaatregelen te
worden geïnstalleerd.
Deze veiligheidsmaatregelen zijn bijvoorbeeld:
parallel draaiende pompen op een door een aparte zekering bevei-
ligde stroomkring, vochtigheidssensoren voor de uitschakeling en
soortgelijke veiligheidsinrichtingen. Als u niet zeker bent laat u in ie-
der geval adviseren door een vakman voor sanitaire installaties.
De pompschacht moet groot genoeg zijn.
Anl_FQ_TP_5800_SPK7.indb 43
Anl_FQ_TP_5800_SPK7.indb 43
NL
- 43 -
10.08.2016 10:32:13
10.08.2016 10:32:13