Problemen oplossen
Probleem
De motor start niet:
1. Controleer de bougie.
2. Controleer of de bougiedop goed zit.
3. Controleer of de motor met een contactschakelaar is uitgerust.
4. Controleer of de motor met een brandstofklep is uitgerust.
De motor draait onregelmatig:
1. Controleer of de choke is losgelaten.
2. Controleer of de brandstof is verontreinigd.
Wanneer de borstel niet draait:
1. Controleer of de koppeling juist is ingesteld.
2. Controleer of de riem strak is.
Wanneer de machine niet draait:
1. Controleer of de koppeling juist is ingesteld.
2. Controleer de riem.
Wanneer de machine niet goed veegt:
1. Controleer de afstand tussen de borstel en het werkoppervlak.
Oplossing
(Deze moet ingeschakeld zijn)
(Deze moet ingeschakeld zijn)
72