SVS CX12 T Mode D'emploi page 8

1 Doelmatig gebruik
De CX12 T zendt seriële gegevens naar een passende ontvanger van de reeks SH12 en analyseert daarna de terugmelding van de
ontvanger. De verstrekte informatie wordt later beschreven.
Het product mag veranderd noch omgebouwd worden. De elektronica is niet beschermd tegen weersinvloeden, en mag bijgevolg
zonder de passende maatregelen niet in de open lucht gebruikt worden. Gebruikte aansluitingsleidingen mogen niet langer zijn dan
1m.
Bij toepassingen, die invloed op de veiligheid van het menselijke leven hebben, moet rekening gehouden worden
met het feit dat bij radioverbindingen altijd het gevaar van mogelijke storingen bestaat.
De bedrijfshandleiding moet steeds gevolgd worden !
2 Reikwijdte van het systeem
Het radiosysteem SH-12 is gebouwd voor grote reikwijdten tot meerdere honderden meter onder optimale voorwaarden. Wanden en
staalbetonconstructies worden door de zender doordrongen. De maximale reikwijdte wordt echter alleen bij visueel contact en zonder
hoge frequentie storingen bereikt.
Mogelijke oorzaken voor een verminderde reikwijdte:
• Alle soorten bebouwingen of vegetatie beïnvloeden de reikwijdte.
• De afstand van de antenne tot het lichaam, evenals tot andere geleidende oppervlakken of voorwerpen (hierbij hoort ook de aarde)
gaat sterk in de stralingskarakteristiek in en beïnvloedt zo de reikwijdte.
• De "basisruis" in niet-landelijke gebieden kan reeds relatief hoog zijn, waardoor de signaalstoringsafstand verminderd wordt en
daarmee ook de reikwijdte. Het is evenmin uitgesloten dat apparaten met soortgelijke werkfrequenties in de buurt bedreven worden
en zo de ontvanger schijnbaar ongevoeliger maken.
• Is de ontvanger in de buurt van slecht afgeschermde, storingsstralingen producerende apparaten (bijvoorbeeld PCs) geïnstalleerd,
dan kan de reikwijdte eveneens sterk afnemen of kan de ontvanger schijnbaar uitgeschakeld worden.
• De aanpasbare en open bouwelementen mogen niet verplaatst, gebogen of gemanipuleerd worden!
3 Beschrijving
De CX12 T zendt de informatie van de 4 digitale ingangen samen met het in de fabriek geprogrammeerde adres naar een ontvanger
van de reeks SH12. De verzending wordt door activering van minstens een ingang in gang gezet. Verder stuurt de CX12 T een geme-
ten analoge waarde en informatie over de eigen verzorgingsspanning. Bij intacte radioverbinding krijgt de module na elke verzending
een bevestiging met indicatie van de ontvangen veldsterkte (RSSI)
en informatie over de verzorgingspanning van de ontvanger.
Voor de lokale signalisatie staan 2 uitgangen voor het aansturen van
LEDs en een uitgang voor het
Aansturen van een piezosignaalsensor (zonder elektronica)
ter beschikking.
Elke CX12 T heeft een individueel adres (4 Byte),
zodat een ontvanger bij gebruik van meerdere
zenders elke zender moet leren. Zo wordt onbevoegd
gebruik verhinderd. Op aanvraag is het mogelijk om aan
alle bij het project horende modules hetzelfde adres te geven.
Voor het geval dat de gebruikte frequentie gestoord is
kan een andere frequentie geselecteerd worden.
Pinbeschrijving
1 Ingang om een spanning aan te sluiten tussen GND en +U. Der De gedigitaliseerde analoge waarde wordt
gelijktijdig met de activering van een ingang gezonden (niet continu).
2 Uitgang om de verzorgingsspanning te behouden tot alle bevelen afgewerkt zijn (high actief)
Kan in schakelingen gebruikt worden die bijvoorbeeld de complete verzorging met een transistor uitscha
kelen en zo de verzending van het uitschakelsignaal niet meer toestaan.
3 Uitgang om een LED aan te sturen (Low actief)
Een datapakket verzenden:
Zwakke batterij:
4 Ingang 4: Digitale ingang met interne PullUp-weerstand (Low actief)
5 Ingang 3: zoals ingang 4 (Pin4)
6 Analoge uitgang Door de ontvanger teruggemeld ontvangstniveau (RSSI) tussen +U en GND (Ri=56 kOhm).
flitst voor elk verzonden datapakket (ook zonder bevestiging)
knippert met langere Aan-tijd als teken van een lege zenderbatterij
- 8 -
Bedieningshandleiding NL