UW LADE
Onderhoud en reiniging
Installatie
• Alvorens het toestel te onderhouden, moet u het uitschakelen en
laten afkoelen.
• Maak alle oppervlakken alleen schoon met een vochtige doek en
een sopje. Droog het vervolgens met een zachte doek.
• Het toestel niet schoonmaken met een stoomreiniger.
• Het gebruik van schurende producten, alcohol of oplosmiddel is af
te raden; ze zouden het toestel kunnen beschadigen.
• De voorkant is van roestvrij staal en is krasgevoelig. Gebruik een
speciaal niet schurend schoonmaakmiddel voor roestvrij staal.
Alvorens de lade aan te sluiten, moet u zich ervan vergewissen of
alle draden van uw elektrische installatie een voldoende doorsnede
hebben om het toestel normaal te voeden. Uw installatie moet
beschermd worden door een smeltzekering van 10 ampère.
• Het voedingscircuit moet over een bipolair
stroomonderbrekingsmechanisme met contactopeningen van
minstens 3 mm beschikken
• De elektrische aansluiting moet uitgevoerd worden vooraleer het
toestel in het meubel aan te brengen.
• De lade moet via een (genormaliseerde) voedingskabel met
3 geleiders van 1 mm² (1 fase + 1 N + aarding) aangesloten
worden op het elektriciteitsnet van 220 - 240 V~ enkelfasig, via een
stopcontact 1 fase + N + genormaliseerde aarding CEI 60083 of
conform de plaatselijke installatievoorschriften. De aardingsdraad
(groen/geel) moet verbonden worden met de aansluitklem van het
toestel en met de aarding van de installatie.
• Als het toestel wordt aangesloten aan een stopcontact, dan moet
dit toegankelijk blijven na de installatie van de lade.
NL 7