21. Diff erentieel transport
Door het differentieel stoftransport worden gol-
vende naden in gebreide stoffen en het verschui-
ven van stoflagen voorkomen. Ook ontstaan er bij
naden in zeer lichte stoffen geen plooien.
21.1. Werkwijze
De machine heeft twee setjes schuiven om de stof
door te voeren, één vooraan (A) en één achtera-
an (B). Deze beide sets bewegen onafhankelijk van
elkaar. Voor het aanvoeren van de stof kunnen de
beide stofschuivers met verschillende snelheden
bewegen.
Instelbereik voor het aanvoeren van de stof: 0,7
(negatief transport) tot 2,0 (positief transport).
Differentieel transport
155 van 174
DE
FR
NL