DISPLAY-INSTELLINGEN
TV
1. TV Screen (TV-scherm): Selecteert de displaymodus voor de TV.
2. Resolution (resolutie): Selecteert de resolutie voor de TV.
3. TV System (TV-systeem): Selecteert het TV-systeemtype.
4. Color Space (kleurruimte): Selecteert de kleurruimte.
5. HDMI Deep Color: Selecteert de kleur voor HDMI.
6. HDMI 1080 24Hz: Deze instellingen activeren/deactiveren.
VIDEOVERWERKING
1. Video Adjust (video aanpassen): Ga naar submenu voor videoweergave-aanpassing.
2. Sharpness (scherpte): Selecteer de weergavescherptemodus.
Stel de helderheid, het contrast, de kleurtint, de verzadiging van het scherm in naar wens.
AUDIO-INSTELLING
1. HDMI: Selecteert de HDMI-modus.
2. Down samp: Selecteert down samp. (Selecteer dit als de op de speler aangesloten
versterker niet 96KHz-compatible is.)
3. DRC: Dynamic range compression (dynamisch-bereikcompressie)
17