h
et Monteren van afzonderlIjke delen
Controleer voor het opstellen van de kachel of alle afzonderlijke delen correct gemonteerd zijn.
Verticale doorsnede van de HWAM Classic 4 (Tekening A)
1. Tussenklep. Moet vrij kunnen bewegen als er aan de regelstang getrokken wordt.
2. Rookplaat. Dient boven op de kantstenen geplaatst.
3. Opvangplaat. Wordt geplaatst achter de hoeken aan beide zijden.
4. Dekplaat. Wordt op het rooster gelegd.
Installeren van de bakplaat
Om de hoogst mogelijke temperatuur in het bakvak te bereiken, raden we u aan de kachel met een
bovenafvoer aan te sluiten. Eerst dienen de deksels en de ringen uit de kookgaten verwijderd en de
rookuitgang achter aan de oven wordt gesloten. Daarna wordt een nieuwe dichtingstrip (8) van 5mm
diameter in de rookmof gelegd (tekening A1). Op de kant van de kookgaten wordt tege-lijkertijd ook
een strip (9) – van een rolletje in de ovenkit die u bij de bakplaat krijgt - gelegd (tekening A2). Hierna
wordt de bakplaat (5) boven op de oven geplaatst, zodanig dat de rookingangen van de bakplaat pas-
sen op de kookgaten en in de rookuitgang. De schoorsteen of rookpijp (11) wordt aangesloten en de
kookgaten worden dan weer afgesloten met de deksels.
De werking van de bakplaat
Wanneer de tussenklep van de bakplaat ingeduwd is, wordt het warme rookgas in en rond de bakplaat
geleid waardoor de bakplaat maximaal verwarmd wordt. Wanneer u de tussenklep (7) helemaal uit-
trekt, wordt het rookgas achter aan de bakplaat meteen de schoorsteen ingezogen, wat een minimale
warmte aan de bakplaat geeft. De bakplaattemperatuur wordt zodoende geregeld door de mate
waarin de tussenklep geopend wordt.
Bakplaatventiel
In de bakplaat werd een ventiel gemonteerd dat, eens geopend, voor de verluchting in het bakcom-
partiment zorgt wanneer dit in gebruik is.
Monteren van het voorraadcompartiment
Het voorraadcompartiment (6) zodanig geplaatst dat de oven erbovenop gezet kan worden. De
poten van de oven passen dan op de vier steunen boven op het compartiment. Wanneer de oven
onstabiel blijkt en wiebelt kan dit verholpen worden met behulp van de twee regelschroeven (10) die
aan de achterkant van het voorraadcompartiment zijn gemonteerd.
De schuifklep in de glasdeur (Tekening D)
De schuifklep in de glasdeur regelt de spoellucht die het glas roetvrij houdt. De klep moet zo gesloten
worden dat de spoellucht het glas nog steeds roetvrij kan houden.De spoellucht maakt deel uit van
de secundaire luchttoevoer die een optimale naverbranding van de rookgassen verzekert.
Het glas van de deur kan zich alleen roetvrij houden als er genoeg schoorsteentrek is, de verbran-
ding optimaal is en het stookmateriaal droog. Bij een nominale schoorsteentrek is het toereikend de
schuifklep half te openen.
15