6. REINIGING EN ONDERHOUD
6.1 Veiligheidsinstructies
Alle handelingen met betrekking tot onderhoud, reiniging en reparatie van het apparaat moeten worden
uitgevoerd terwijl het apparaat is uitgeschakeld (geïsoleerd van alle elektriciteitsbronnen).
Gebruik geen bijtende reinigingsmiddelen of zuiveringszout om te reinigen. Er mag geen water in het
apparaat komen.
Dompel het apparaat nooit onder in water of een andere vloeistof.
Gebruik Casselin-merkproducten die voor dit doel zijn ontworpen.
WAARSCHUWING
Het apparaat mag niet worden gereinigd met een directe waterstraal (zonder een waterstraal onder druk).
6.2 Dagelijks onderhoud
Koppel het apparaat los
Reinig het apparaat na elk gebruik met warm water en een schone doek.
Gebruik na het reinigen een zachte, droge doek om het apparaat op te poetsen en te drogen. Alle onderdelen
moeten worden gedroogd.
Bewaar het apparaat op een droge plaats.
6.3 Veiligheidsinstructies voor onderhoud van het apparaat
Controleer het netsnoer dagelijks op beschadigingen. Gebruik het apparaat nooit als het snoer beschadigd
is. Als het snoer defect is, moet het worden vervangen door een gekwalificeerde technicus.
Neem in geval van storing contact op met uw dealer.
Onderhouds- of reparatiewerkzaamheden mogen alleen worden uitgevoerd door een professional.
NOTITIE
Haal bij een storing de stekker uit het stopcontact, laat het afkoelen en neem contact op met uw dealer.
Controleer het netsnoer als het apparaat niet start. Het apparaat mag niet op een stopcontact worden
aangesloten, maar rechtstreeks op een stopcontact. Neem contact op met uw dealer als er een andere
abnormaliteit optreedt.
NOTITIE
Afvoer van gebruikte apparaten: elk gebruikt apparaat moet worden afgevoerd in overeenstemming met de
geldende voorschriften in het land *. Maak het apparaat onbruikbaar door de stekker uit het stopcontact te
halen voordat u het weggooit.
* vanuit het oogpunt van ecologie en recycling
NL