Gebruik
OPGELET!
WAARSCHUWING: dit apparaat niet gebruiken in de buurt van badkuipen, dou-
chebakken of andere bakken die water bevatten.
Verbrandingsgevaar! De gehele borstelkop (voor- en achterkant) wordt
tijdens het gebruik heet! Het apparaat alleen beetpakken bij de greep en uit de
buurt houden van het gezicht, vooral de ogen.
■
Gebruik het apparaat niet op nat haar. Het haar moet minimaal handdoekdroog zijn!
■
Controleer het apparaat op beschadigingen, elke keer voordat u het in gebruik neemt.
Wanneer het apparaat, het netsnoer of de netstekker zichtbare schade vertonen,
mag het apparaat niet worden gebruikt. Gebruik het apparaat ook niet wanneer het
niet goed functioneerde of in het water is gevallen.
■
Verbrandingsgevaar! De borstelkop wordt tijdens het gebruik heet. Opgepast in de
omgang met het apparaat, alleen beetpakken bij de greep en uit de buurt houden van
het gezicht, vooral de ogen.
■
Verbrandingsgevaar voor haar en hoofdhuid door een te hoge temperatuur! Wij
raden u aan om met een geringe temperatuurstand te beginnen en deze eventueel
te verhogen.
■
Het apparaat niet te lang op één plek houden! Dit kan leiden tot schade aan het haar.
Erop letten dat de hete borstelkop niet in aanraking komt met de hoofdhuid!
■
Plaats het apparaat alleen op hittebestendige ondergronden.
Het apparaat beschikt over een automatische uitschakeling. Wanneer het
apparaat 60 minuten ononderbroken is ingeschakeld, wordt hij automatisch
uitgeschakeld.
Voor fi jn of broos haar wordt een lage temperatuurstand aanbevolen, voor
gezond, dik haar een hogere temperatuurstand.
Voor bescherming van het haar wordt het gebruik van een hittebeschermende
spray aanbevolen. Gebruik echter geen andere stylingproducten zoals haar-
spray, gel of schuimverstevigers. Deze kunnen aan de borstel vastkleven.
1. Het haar wassen en met een handdoek afdrogen.
2. Het haar grondig doorkammen. Wanneer de stylingborstel wordt gebruikt voor het
kammen, deze niet aansluiten op het stroomnet.
3. Het netsnoer (8) volledig afwikkelen en de netstekker in een goed toegankelijke con-
tactdoos (100 – 240 V ~ 50/60 Hz) steken.
4. Het apparaat inschakelen. Daartoe de
5. Temperatuurstand kiezen: na het inschakelen wordt het apparaat automatisch ver-
warmd tot 160 °C. Voor het verhogen van de temperatuur de
drukken, tot de LED (10) van de gewenste temperatuurstand knippert. OPMERKING:
na de hoogste temperatuur wordt het apparaat uitgeschakeld.
6. Het apparaat laten opwarmen. Tijdens het opwarmen knippert de overeenkomstige
LED (10). Wanneer de ingestelde temperatuurstand is bereikt, brandt hij continu.
31
knop (5) indrukken.
knop (5) zo vaak in-
NL