in stijgende lijn. Vermijdt het absoluut de aanzuigslang hoger
dan de pomp zelf te monteren (vorming van luchtbellen in
aanzuigslang).
• De aanzuig- en afgifteslang moeten op dergelijke wijze
gemonteerd worden dat geen enkele mechanische druk door
deze slangen op de pomp wordt uitgeoefend.
• De aanzuigklep dient zich tenminste 30 cm. onder het laagste
waterniveau te bevinden.
• Niet luchtdichte aanzuigslangen zuigen lucht aan waardoor
het opzuigen van water belemmerd wordt.
Afgifteslang
Tijdens de aanzuigfase moeten de voor de stilstand
verantwoordelijke bedieningsorganen (sproeiers, kleppen
etc.) die zich in de afgifteslang bevinden, geheel geopend
zijn zodat de lucht die zich in de leiding bevindt direct
uitgestoten kan worden.
4. Instructies voor het onderhoud
De irrigatiepomp heeft weinig onderhoud nodig.
Als de pomp verstopt raakt dan moet men beginnen deze
door te spoelen. In het geval van een verstopping die te wijten
is aan slechte werking van de filters en/of het ontbreken
ervan, moet de situatie worden hersteld door het watergedeelte
te demonteren, het binnenste helemaal uit te spoelen, het
watergedeelte weer terug te monteren, de filters op de juiste
manier te herstellen en het geheel weer in werking te stellen.
5. Tabel voor het opsporen van defecten
Defect
De motor start niet
De pomp zuigt niet aan
Onvoldoende capaciteit
De thermomagnetische schakelaar
schakelt de pomp uit
Wend u tot onze servicedienst, als het defect niet kan worden verholpen.
Verzend de pomp in de ORIGINELE VERPAKKING om transportschade te voorkomen.
• Mocht het kunnen gaan vriezen dan moet de pomp geheel
geleegd worden.
• Als men van plan is de pomp voor langere tijd ongebruikt
te laten bijv. gedurende de winter, dan is het raadzaam de
pomp grondig met water te spoelen, hem geheel te legen en
in een droge ruimte te plaatsen.
• Voordat men de pomp start dient men na te gaan of deze
zonder belemmering werkt door hem kort aan- en uit te
schakelen.
• Vul de pomp weer opnieuw met de persvloeistof en maak
hem gereed voor gebruik.
Oorzaak
• Er is geen netspanning
• Draaivleugel pomp geblokkeerd
• Thermostaat uitgeschakeld
• Aanzuigklep niet onder water
• Pompkamer zonder water
• Lucht in aanzuigslang
• Aanzuigklep niet luchtdicht
• Vuile aanzuigfilter
• Max. aanzuighoogte overschreden
• Aanzuiging vindt te hoog plaats
• Vuile aanzuigfilter
• Waterniveau daalt snel
• Capaciteit pomp gereduceerd door
aanwezigheid onbekende voorwerpen
• Motor overbelast - Teveel frictie door
aanwezigheid onbekende voorwerpen
21
OPGELET!
Om te kunnen aanzuigen dient de pomp altijd met
zoveel persvloeistof gevuld te zijn dat deze naar buiten
stroomt!
De pomp mag niet droog werken.
Opgelet:
De garantie van de fabrikant vervalt in geval van
schade als gevolg van een droge werking.
Controleer de luchtdichte afsluiting van de pomp;
indien de leidingen niet hermetisch afgesloten zijn
wordt er lucht aangezogen en wordt de perfecte
werking van de machine belemmerd.
Oplossing
• Controleer de spanning
• Demonteer het watergedeelte en
controleer of de rotor vrijuit kan draaien,
monteer het zorgvuldig weer terug.
• Dompel de aanzuigklep onder water
(minimum 30 cm.)
• Giet water in de aanzuigkoppeling
• Controleer de waterdichtheid
• Reinig de aanzuigklep
• Reinig de filter
• Controleer de aanzuighoogte
• Controleer aanzuighoogte
• Reinig de filter
• Plaats de aanzuigklep lager
• Reinig de pomp en vervang de versleten
onderdelen
• Verwijder onbekende voorwerpen.
Wacht tot de thermomagnetische
veiligheidsschakelaar opnieuw aanklikt
(ongeveer 20 min.)