LED-scherm
Rode LED brandt,
groene LED 4
knippert nadat accu is
leeggelopen of te lang
niet is gebruikt
Rode LED brandt,
groene LED 2 knippert
tijdens het opladen,
of wanneer het
accupack op de lader is
aangesloten
Rode LED brandt,
groene LED 4 knippert
tijdens het opladen, of
wanneer de batterij op
de lader is aangesloten
• Het accupack kan niet worden
opgeladen als de temperatuur van het
accupack hoger is dan 45 °C (113 °F).
In dat geval laat de accupack-lader het
accupack actief afkoelen.
• De meegeleverde Li-ion-accupacks
voldoen aan de wettelijke vereisten
voor gevaarlijke goederen.
• Neem de bijzondere voorchriften op de
verpakking en labels voor commercieel
transport in acht. Dit geldt ook voor
derden en expediteurs.
• Raadpleeg een deskundige op het
gebied van gevaarlijke stoffen voordat
u het product verzendt. Neem alle
van toepassing zijnde nationale
voorschriften.
• Breng tape aan op blootliggende
contacten wanneer u het accupack
in een pakket plaatst. Plaats het
accupack strak in het pakket om
beweging te voorkomen.
• Zorg ervoor dat het accupack wordt
opgeborgen in een afsluitbare ruimte
die niet toegankelijk is voor kinderen
en onbevoegde personen.
30
Mogelijke fouten
Interne temperatuur van
het accupack is te hoog
Interne temperatuur van
accupack is te laag voor
opladen
Interne temperatuur van
accupack is te hoog voor
opladen
VERVOER EN OPSLAG
Mogelijke stap
De inwendige temperatuur van
het accupack moet tussen -25 °C
(-13 °F) en 50 °C (122 °F) liggen. De
omgevingstemperatuur is mogelijk te
hoog om het accupack en het product te
gebruiken. De mate waarin het accupack
is leeggelopen in combinatie met de
omgevingstemperatuur is mogelijk zo
hoog dat het accupack te warm wordt.
Laat het accupack afkoelen voordat u het
verder gebruikt of oplaadt. Laat de interne
celtemperatuur afkoelen tot 45 °C (113 °F)
voordat u het accupack laat leeglopen.
Verplaats de lader en het accupack naar
een locatie waar de interne temperatuur
van het accupack tussen 5 °C (41 °F) en
60 °C (140 °F) kan liggen.
De lader en het accupack moeten naar
een locatie worden verplaatst waar de
interne temperatuur van het accupack kan
afkoelen tot een temperatuur tussen -5 °C
(23 °F) en 45 °C (113 °F).
• Als de LED op de accupack-lader
continu rood gaat branden, zorg er dan
voor dat de accupack-lader het nodige
onderhoud krijgt.
• Bewaar het accupack en de accupack-
lader op een droge, vochtvrije en
vorstvrije plaats.
• Bewaar het accupack op een plaats
met een temperatuur tussen -20 °C
(-4 °F) en 40 °C (104 °F) en zonder
direct zonlicht.
• Bewaar het accupack niet in de buurt
van de accupack-lader.
• Bewaar het accupack niet op plaatsen
waar statische elektriciteit aanwezig
is. Bewaar het accupack niet in een
metalen doos.
• Laad het accupack op voordat het voor
langere tijd wordt opgeborgen.