2. Ontvochtigingsmodus: het controlelampje
worden geschakeld. De luchtvochtigheid kan tussen 30 en 90%RH, of op "Co" (Continu) worden ingesteld.
Druk op de knop "+"/"-" om de instelling te wijzigen. Deze instelling treedt na ongeveer 10 seconden van
inactiviteit in werking. Het digitaal scherm geeft de ruimteluchtvochtigheid opnieuw weer.
1) Wanneer de ruimteluchtvochtigheid ≥ ingestelde luchtvochtigheid + 3% is, begint de compressor te
werken en blijft de ventilator op de ingestelde snelheid draaien. Na het ontvochtigen, wanneer de
ruimteluchtvochtigheid ≤ ingestelde luchtvochtigheid - 3% is, wordt de compressor uitgeschakeld en
stopt het apparaat met ontvochtigen. Zodra de ruimteluchtvochtigheid opnieuw ≥ ingestelde
luchtvochtigheid + 3% is, wordt de werking van de compressor hervat. De luchtvochtigheid binnenshuis
kan aldus worden gehandhaafd op de ingestelde luchtvochtigheid volgens de hierboven vermelde
cycluswerking.
2) Wanneer de ingestelde luchtvochtigheid "Co" is, draait de compressor continu zonder rekening te
houden met de ingestelde luchtvochtigheid en kan de ventilatorsnelheid geregeld worden.
3. Stille modus: het controlelampje
werkt standaard op de lage ventilatorsnelheid. De andere handelingen volgen de ontvochtigingsmodus.
Verhogen/verlagen instelknop
Druk op de knoppen "+"/"-" om de luchtvochtigheids- of timerinstelling aan te passen.
Ventilatorsnelheidsknop
Druk op de ventilatorsnelheidsknop om een lage of hoge ventilatorsnelheid te selecteren. Het overeenkomstig
controlelampje brandt.
Timerknop
Timer AAN instelling:
Wanneer het apparaat is uitgeschakeld, druk op de „TIMER" knop en het overeenkomstig controlelampje
-
knippert.
Druk op de knop "+"/"-" om een gewenste inschakelingstijd tussen 0 en 24 uur te selecteren. De waarde
-
knippert op het digitaal scherm en de instelling treedt na ong. 5 seconden in werking.
Het apparaat wordt automatisch ingeschakeld zodra de ingestelde tijd is verstreken.
-
Timer UIT instelling:
Wanneer het apparaat is ingeschakeld, druk op de „TIMER" knop en het overeenkomstig controlelampje
-
knippert.
Druk op de knop "+"/"-" knop om een gewenste uitschakelingstijd tussen 0 en 24 uur te selecteren. De
-
waarde knippert op het digitaal scherm en de instelling treedt na ong. 5 seconden in werking. Het digitaal
scherm geeft opnieuw de luchtvochtigheid weer.
Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld zodra de ingestelde tijd is verstreken.
-
Opmerking: Druk opnieuw op de knop "TIMER" om de resterende tijd te controleren. Blijf op de knop
„TIMER" drukken en de timerfunctie wordt geannuleerd.
Opmerking:
1. Het weergavebereik voor de ruimteluchtvochtigheid is 35~95%RH (ruimteluchtvochtigheid < 35%, scherm
"Lo"; ruimteluchtvochtigheid > 95%, scherm "Hi"). De werkomgevingstemperatuur van dit apparaat is 5~35
℃ en de werkomgevingsvochtigheid is 10~95%RH.
2. De compressor heeft een beveiligingsfunctie met een vertraging van drie minuten. Wanneer de compressor
werkt en de stroom wordt per ongeluk onderbroken, dan wordt de compressor na inschakeling niet opnieuw
onmiddellijk gestart. De compressor zal pas na 3 minuten werken.
Na het wijzigen van de modus of na het herstellen van de fout Vol reservoir kan de compressor de
beveiligingsstatus openen. U moet 3 minuten wachten voordat de compressor weer kan starten.
brandt. De ventilatorsnelheid kan tussen laag en hoog
brandt. De ventilatorsnelheid kan niet worden gewijzigd en het toestel
- 80 -