5.16
Schema elektrische installatie
5.16.1 Verwarmingsketel
MIQ2
1
2
3
230 V
50 Hz
N
L
L
N
24
25
26
27
SPAC
BR
BK
IG
NA
C NC
PAC
Lijn
L
N
Nul
Veiligheidsthermostaat
TS
Schakelaar zomer/winter
E/I
Omgevingsthermostaat
TA
Boilerthermostaat
TB
TC
Ketelthermostaat
Grensthermostaat
TL
Hoofdschakelaar
IG
Pomp boiler hoge efficiëntie
PB
– Om de omgevingsthermostaat (TA) aan te sluiten verwijdert u de brug tussen de klemmen 20-21.
– Om de chronothermostaat voor de programmering (CTP) aan te sluiten verwijdert u de brug tussen de klemmen 30-31.
– Voor de elektrische aansluitingen van de brander wordt verwezen naar de documentatie die bij het geïnstalleerde apparaat
is geleverd.
m
WAARSCHUWING
Het is verplicht:
– Gebruik van een omnipolaire magnetothermische
scheidingsschakelaar, conform de EN-normen, die
volledige afkoppeling mogelijk maakt in de omstandig-
heden van overspanningscategorie III (d.w.z. met een
afstand van minstens 3 mm tussen de open contacten)
– De aansluiting L (Fase) - N (Nul) te respecteren.
– De voedingskabel uitsluitend te vervangen door een
kabel die als reserveonderdeel is besteld en aange-
sloten wordt door gekwalificeerde tecnici.
52
4
5
6
7
8
9
TL
E/I
TMIN
TB
1
C
SA
2
28
29
30
31
32
33
MIQ1
R
2
1
5
3
CTP
PI
B
B1
KA1-KA2
TB
SA
SPAC
11
10
8
2
7
KA1
6
4
3
5
1
10
11
12
13
14
15
PB
1
2
5
6
13
9
10
14
11
12
3
4
7
8
KA2
Pomp installatie
Brander met directe voeding
Brander met directe voeding
(bv. SIME FUEL 25/35 EV)
Relè
Boilerthermostaat
Controlelampje aanwezigheid
spanning
Controlelampje ingreep druk-
schakelaar water
m
WAARSCHUWING
Het is verplicht:
– De aardingskabel aan te sluiten op een efficiënte
aardingsinstallatie. De fabrikant is niet aansprakelijk
voor eventuele schade die veroorzaakt wordt als het
toestel niet geaard is en wanneer de elektrische sche-
.
ma's niet gevolgd worden
d
HET IS VERBODEN
De waterleidingen te gebruiken om het toestel te aar-
den.
16
17
18
19
20
21
TC
11
12
TA
21 24
TS
BL
B4 S3 T2 T1 N
L1
B1
BR
BL
N
L
B
Drukschakelaar water
PAC
CTP
Chronothermostaat voor pro-
grammering (optioneel)
Minimumthermostaat
TMIN
Blauw
BL
Bruin
BR
BK
Zwart
Grijs
GR
Rood
R
.
NL
22
23
PI
Afb. 25