Télécharger Imprimer la page

oventrop Aquastrom T plus Instructions De Montage page 16

Robinet thermostatique à préréglage pour conduites de circulation d'e.c.s.
Masquer les pouces Voir aussi pour Aquastrom T plus:

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Toelichtingen:
De onmiddellijke beschikbaarstelling van warmwater aan de
tappunten van een drinkwaterleidingnet vindt plaats door de
verdeling van het warme water uit de drinkwaterverwarmer in
een of meerdere circulatiestrangen. Iedere circulatiestrang
voert hierbij in een aan de hoofdstrang aangesloten toevoer-
leiding het warme water tot aan de tappunten en in een re-
tour leiding weer terug naar de drinkwaterverwarmer.
De verantwoordelijkheid over de configuratie van dergelijke
drinkwaternetwerken berust bij de ontwerper, die rekening
moet houden met de hydraulica in deze leidingnetten zodat in
alle circulatiestrangen een voldoende hoge watertemperatuur
wordt aangehouden. In de leidinginstallaties moeten omstan-
digheden worden geschapen die een voor de gezondheid
bedreigende vermeerdering van ziekteverwekkers (met name
legionellabacteriën) voorkomt. Hiertoe stelt de ontwerper bij-
voorbeeld de berekening van een circulatie-installatie volgens
DVGW-werkblad W 553 ter beschikking.
De hydraulica wordt enerzijds bepaald door de stromingsver-
liezen in de leidingen van de circulatiestrangen, anderzijds
door de warmteverliezen die het warme water tijdens het
doorstromen van de circulatieleidingen ondervindt. Deze
warmteverliezen zijn afhankelijk van verschillende parameters
(leidinglengten en -afmetingen, isolatie, omgevings- en lei-
dingtemperatuur) en moeten telkens in relatie tot de installatie
worden beschouwd.
Om de warmteverliezen te compenseren en de temperatuur
hoog genoeg te houden, moet door de circulatieleiding een
bepaalde volumestroom dan wel warmtestroom stromen. In
de circulatiestrangen, die zich ver van de drinkwaterverwarmer
bevinden, moet daarom een grotere warmwaterhoeveelheid
stromen dan in de dichterbij gelegen strangen. Dit wordt bereikt
door een overeenkomstige vermindering van de volume-
stroom in de dichterbij gelegen circulatieleidingen doordat
een adequaat drukverschil door inregelafsluiters wordt opge-
bouwd.
Voor het bepalen van deze drukverschillen met handhaving
van de vooraf ingestelde temperatuurgrenzen, raadpleegt de
ontwerper het DVGWA-werkblad W 553. De berekening van
een circulatieleiding binnen een tapwaterinstallatie kan bij be-
nadering plaatsvinden voor het stationair bedrijf (zonder afna-
me van warm water). Aangezien bij normaal bedrijf de afna-
mehoeveelheden bij de verschillende punten (bad, keuken
etc.) variëren, verandert ook de noodzakelijke hoeveelheid cir-
culatiewater voortdurend. De thermische inregelafsluiter
"Aquastrom T plus" past zich automatisch aan deze wisselende
hydraulische bedrijfsomstandigheden optimaal aan.
Systeem afbeelding: circulatieleiding
16
16
Evenzo is de afsluiter „Aquastrom T plus" in de volgende va-
riatie verkrijgbaar:
Vergrendelbaar, voorinstelbaar, echter zonder slangaftapping
zonder thermometer en zonder isolatie.
aan beide zijden buitendraad, vlakdichtend, volgens DIN ISO 228
aan beide zijden binnendraad volgens EN 10226
Aftapopening G
werkt en met plug afgesloten.
Afmetingen als 42055/65 serie.
Aanwijzing:
Om in een circulatie-installatie de volgens DVGW-W553 vereiste
hydraulische inregeling, rekening houdend met de in VP 554
voorgeschreven restvolumestromen, te kunnen garanderen,
mogen niet meer dan 12 afvoeren per circulatiehoofdleiding
worden geïnstalleerd.
Bij meer dan 12 afvoeren per circulatiehoofdleiding zouden,
om ook in de verst verwijderde afvoeren de voorgeschreven
restvolumestroom te kunnen opbrengen, pompen met een
groter vermogen moeten worden ingezet. Deze zouden dan
echter in de dichtbij gelegen afvoeren leiden tot verhoogde
drukverschillen in de inregelafsluiters en daarmee tot geluids-
problemen en eventuele beschadiging van de appendages.
Bij meer dan 12 strangen (zie systeem afbeelding) zijn daarom
extra parallel geschakelde circulatiehoofdleidingen aan te be-
velen.
Daarbij dient iedere hoofdleiding met een eigen pomp te wor-
den verzorgd en deze dienen dan onderling hydraulisch te zijn
ingeregeld. Bij deze installatie kunnen dan de circulatiepom-
pen kleiner worden geconfigureerd.
Voor inbedrijfsname van de installatie van alle bouwde-
len/persverbindingen op dichtheid testen om eventuele
waterschade te voorkomen.
Max. 12 strangen
3
3
DN 15
G
1
x G
4
4
DN 20
G 1
x G 1
DN 25
G 1
1
x G 1
1
4
4
DN 15
Rp
1
x Rp
1
2
2
3
3
DN 20
Rp
x Rp
4
4
DN 25
Rp 1 x Rp 1
1
vóór de thermische regeleenheid inge-
4
Max. 12 strangen
4206604
4206606
4206608
4205604
4205606
4205608

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

420555242055534205554420555542055044205506 ... Afficher tout