14. Service- En Onderhoudswerkzaamheden - Dibo SBH-G-D Mode D'emploi

12.6 Bijmenging van chemicaliën
Het reinigen door bijmenging van chemicaliën is alleen met een dienovereenkomstige speciale inrichting mogelijk.
Als deze ter beschikking staat, moet de tank met chemicaliën gevuld en het doseerventiel voor de chemicaliën geopend zijn.
Waarschuwing - bij een lege tank voor de chemicaliën en geopend doseerventiel zal er geen druk worden opgebouwd.
Bij langer pompbedrijf in deze toestand, treden er pompbeschadigingen op die worden veroorzaakt door cavitatie!
12.7 Controle voor iedere ingebruikname
Veiligheidsmechanismen, spuitmechanismen, pompen en slangen dienen
voor iedere ingebruikname op een feilloze toestand te worden gecontroleerd.
12.8 Beëindigen van de werkzaamheden
Na het beëindigen van de werkzaamheden dienen altijd de volgende maatregelen te worden genomen:
- gaskraan sluiten
- waterkraan sluiten
- hoofdschakelaar uitschakelen, indien aanwezig
- stroomstekker eruit trekken
- voor een drukontlasting zorgen door het pistool te openen. (Bij hogedrukreiniger)

14. Service- en onderhoudswerkzaamheden

Deze onderhoudswerkzaamheden dienen altijd uitsluitend door opgeleid personeel te worden uitgevoerd.
14.1 Verbrandingsruimte
Verwarmingsslang en brander bij een 8-uurs gebruik alle zes maanden onderhouden, anders in dienovereenkomstig
kortere tijdsintervallen.
Te controleren punten: Is er sprake van kalkafzetting in de verwarmingsslang?
Is er sprake van afzettingen in de verwarmingsslang?
Zijn de ontstekings- en ionisatie-elektrode in orde?
Zijn elektrodestekker en ontstekingskabel in orde?
Zijn de emissiewaarden in orde?
14.2 Na het gebruik van chemicaliën dient het apparaat met schoon water te worden gespoeld.
Afzettingen aan de pomp, verwarmingsslang, ventielen en fittingen worden hierdoor vermeden.
14.3 Slangen regelmatig controleren op beschadigingen (knikplekken, drukplekken door overrijden, beschadigingen aan het
rubber).
14.4 Inspectie van de vlamruimte
- Gasbrander verwijderen.
- Buitendeksel (pag. 15, pos. 46) verwijderen.
- Binnendeksel (pag. 15, pos. 35) met vlampijp, binnenbuis en schoorsteen, eruit trekken en ontdoen van eventueel roet
(bij vloeibaar gas).
- Het binnenste van de verwarmingsslang is nu toegankelijk en kan met behup van een externe lichtbron (bijv. een zaklamp)
worden onderzocht.
- Kleinere roet- en roestafzettingen kunnen worden losgemaakt met een draadborstel en met een stofzuiger worden verwijderd.
(Waarschuwing, isolatieplaat (pag. 15, pos. 9) niet beschadigen!).
- Voor de montage dient de complete verwarmingsslang verregaand worden besproeid met roetoplosser.
Na de correcte instelling van de brander brandt de verwarmingsslang zich vervolgens vrij.
14.5 Defecte verwarmingsslang ( totaal van roet voorzien, totaal van kalk voorzien, lek door vorstschade,
overdruk of materiaalfouten)
Voor het vervangen van de verwarmingsslang moet de complete verbrandingsruimte worden gedemonteerd.
Het proces na het uibouwen van de verbrandingsruimte is als volgt:
- Gasbrander verwijderen,
- Buiten- en binnendeksel zoals beschreven onder punt 14.4 verwijderen,
B R A N D E R B R 1 0 0 0 G - I N S T R U C T I E S E N V O O R S C H R I F T E N
10
DiBO 33
N L