Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE), vereist
dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen
vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude
apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het
hergebruik van de gebruikte materialen te optimaliseren
en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te
reduceren. Het symbool op het product van de "afvalcontainer
met een kruis erdoor" herinnert u aan uw verplichting, dat
wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet
worden ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met de locale
autoriteiten voor informatie over de juiste wijze van vernietiging
van hun oude apparaat.
Het milieu sparen en respecteren
• Plaats het apparaat in een koele, goed geventileerde ruimte,
behoedt het voor directe zonnestralen, plaats het niet
dichtbij een warmtebron.
• Laat de deur, wanneer u etenswaren in de koel- of
diepvrieskast zet of eruit haalt, zo kort mogelijk openstaan.
Elke keer dat de deur opengaat ontstaat een aanzienlijk
energieverlies.
• Vul het apparaat niet met teveel etenswaren: voor een
optimale conservering moet de koude luchtstroom vrijuit
kunnen circuleren. Als u de circulatie belemmert, zal de
compressor constant blijven werken.
• Zet geen warme levensmiddelen in het apparaat: deze
zouden de binnentemperatuur verhogen waardoor de
compressor harder werkt en er een groter elektrisch verbruik
ontstaat.
• Ontdooi het apparaat als er ijsvorming plaatsvindt
(zie Onderhoud); een dikke laag ijs vertraagt de
koudeoverdracht naar de levensmiddelen en verhoogt het
energieverbruik.
• Houdt de afdichtingen efficiënt en schoon, zodat ze goed
aan de deuren sluiten en de kou niet laten ontsnappen (zie
Onderhoud).
Storingen en oplossingen
Het zou kunnen gebeuren dat het apparaat niet functioneert.
Voordat u de Servicedienst belt (zie Service), moet u
controleren dat het geen probleem is dat u kunt oplossen met
behulp van volgende lijst.
Het groene controlelampje ELEKTRISCHE VOEDING gaat
niet aan.
• De stekker zit niet in het stopcontact, of niet voldoende om
contact te maken. Wellicht zit het hele huis zonder stroom.
Het controlelampje ALARM blijft altijd aan.
• De deur is niet goed dicht of wordt voortdurend open
gemaakt.
• De deur wordt vaak open gemaakt.
• De knop REGELEN VAN DE TEMPERATUUR staat niet op
de juiste stand.
De motor blijft voortdurend functioneren.
• De deur is niet goed dicht of wordt constant geopend.
• De buitentemperatuur is erg hoog.
• De ijslaag is meer dan 2-3 mm hoog (zie Onderhoud).
Het apparaat maakt veel lawaai.
• Het apparaat staat niet waterpas (zie Installatie).
• Het apparaat staat tussen meubels of objecten die trillen of
geluid maken.
• Het verkoelingsgas maakt een licht geluid ook wanneer de
compressor stil staat: dit is normaal, het is geen storing.
NL
17