5. Laat de hendel voor het bevestigen of
verwijderen van het zaagblad los.
•
Controleer of het achtergedeelte van
het blad langs de rolgeleiding loopt en
recht is gezet.
WAARSCHUWING:
Als u het zaagblad niet ver genoeg naar
binnen steekt, kan het zaagblad tijdens
het gebruik plotseling naar buiten ko-
men. Dit kan in een bijzonder gevaarlij-
ke situatie resulteren.
Verwijderen
1. Trek aan de hendel blad vastmaken/ver-
wijderen.
2. Trek het zaagblad naar buiten.
Afstellen van de voetplaat
1. Gebruik de zeskantsleutel om de voet-
plaatbevestigingsschroef los te draaien.
2. Verplaats de voetplaat langs de voet-
plaatafstelopening om de positie in te
stellen. (Zie schema rechts.)
•
De voetplaat kan tussen 0° en 45° in
zijdelingse richting afgesteld worden en
de voorwaartse/achterwaartse positie
kan ook afgesteld worden. Als de voet-
plaat schuin opzij wordt gezet, eerst de
stofkap verwijderen.
•
Zie de schuinte-index voor het bepa-
len van de hoek.
•
De parallelaanslagbevestigings-
schroef moet geplaatst worden aan
de zijde tegenover welke het gereed-
schap schuin gezet wordt.
3. Gebruik de zeskantsleutel om de voet-
plaatbevestigingsschroef vast te draaien.
Positie van voetplaat en gebruiksdoel
Positie van voet-
plaatafstelgat
OPMERKING:
Dit is slechts een algemene richtlijn.
De werkelijke hoek van de zaagsnede
wordt beïnvloed door factoren zoals
de wijze waarop het gereedschap te-
gen het oppervlak wordt gehouden.
- 61 -
Gebruiksdoel
Normaal rechthoe-
kig zagen
Zagen met een hoek
tussen 0° en 45°