G E B R U I K S A A N W I J Z I N G
Solarmodule 5W-12V
Solarmodule 20W-12V
Bestnr. 11 03 90
Bestnr. 11 03 91
Beoogd gebruik
Deze polykristallijne solarmodule zet de stralingsenergie in licht (over het algemeen zonlicht) om
in elektrische energie. Bij optimale instraling door de zon wordt een vermogen tot maximaal
5 Watt (bestelnr.: 110390) resp. 20 Watt (bestelnr.: 110391) opgewekt.
De solarmodule is geschikt voor montage in buitenbereiken (IP 65).
Een ander gebruik dan hiervoor beschreven is verboden en kan het product beschadigen, wat
met risico's zoals kortsluiting, brand en elektrische schok verbonden is. Het samengestelde pro-
duct niet aanpassen of ombouwen. Volg absoluut de veiligheidsinstructies in deze gebruiks-
handleiding op. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door en bewaar deze voor toekom-
stig gebruik.
Verklaring van de symbolen
Het symbool met een bliksemschicht in een driehoek geeft aan dat er gevaar
bestaat voor uw gezondheid, bijv. door een elektrische schok.
Dit symbool met een uitroepteken in een driehoek wijst op speciale gevaren bij
gebruik, werking of bediening.
Het „hand"-symbool verwijst naar speciale tips en bedieningsvoorschriften.
Veiligheidsaanwijzingen
Bij schade veroorzaakt door het niet in acht nemen van deze gebruiksaanwij-
zing vervalt het recht op garantie! Voor gevolgschade en materiële schade en
persoonlijk letsel, veroorzaakt door onvakkundig gebruik of het niet naleven
van de veiligheidsinstructies, aanvaarden wij geen aansprakelijkheid!
Belangrijke aanwijzingen die absoluut opgevolgd dienen te worden, worden
in deze gebruiksaanwijzing met het uitroepteken aangegeven.
• Elektronische apparaten zijn geen speelgoed en moeten buiten bereik van
kinderen worden bewaard!
• Mocht u twijfelen aan het juiste gebruik van dit product wat betreft de vei-
ligheid, aansluiting of montage, raadpleeg dan gekwalificeerd vakperso-
neel.
• Laat verpakkingsmateriaal nooit achteloos rondslingeren. Plasticfolie/ zak-
ken, enz. kunnen voor kinderen gevaarlijk speelgoed zijn. Er bestaat ver-
stikkingsgevaar!
• Schakel het apparaat uit en borg het tegen onbedoeld gebruik als moet wor-
den aangenomen dat veilig gebruik niet meer mogelijk is.
• U mag ervan uitgaan dat veilig gebruik niet meer mogelijk is als:
- het apparaat zichtbare beschadigingen vertoont,
- het apparaat niet meer functioneert en
- langere tijd was opgeslagen onder ongunstige omstandigheden
of
- na zware transportbelastingen.
• Neem in bedrijven de ongevalpreventievoorschriften, uitgevaardigd door
de beroepsverenigingen voor elektrische installaties en bedrijfsmiddelen,
in acht.
• Het product is geschikt voor gebruik buitenshuis (IP 54).
• Laat onderhoud, wijzigingen of reparaties uitsluitend uitvoeren door een
gekwalificeerde vakman of een vakwerkplaats.
• Raadpleeg onze technische klantenservice of andere vakmensen als u vra-
gen hebt die niet in deze gebruikshandleiding worden beantwoord.
• De solarmodule verwekt stroom zodra hij wordt blootgesteld aan licht. Een
afzonderlijke module licht wel onder de zogenoemde laagspanningsgrens,
maar toch vormen meerdere in serie (spanningoptelling) of parallel
(stroomoptelling) geschakelde modules een gevarenpotentieel. Door de
volledig geïsoleerde aansluitbox is sprake van een directe bescherming
tegen aanraking. Let in elk geval op de volgende instructies ter vermijding
van schokken, vonkvorming alsmede brand:
- Monteer de solarmodule(s) of de leidingen die daarbij worden gebruikt
nooit met vochtige of natte stekkers of bussen.
- Raak de aansluitleidingen of aansluitterminals nooit aan met vochtige of
natte handen.
- Gebruik voor de montage van solarmodules altijd gepast veiligheidsge-
reedschap en let daarbij op uw eigen veiligheid door gepaste veiligheids-
kleding te gebruiken (geïsoleerd gereedschap, veiligheidshandschoenen
etc.).
- Gebruik nooit beschadigde solarmodules; haal de solarmodule niet uit
elkaar. Verwijder geen typeplaatjes die de fabrikant heeft aangebracht.
- Let er tijdens de montage en aansluiting op dat de omgeving droog is.
www.conrad.com
Versie 11/09
°
Montage
De module moet minstens aan vier punten veilig worden bevestigd.
De lijst is geschikt voor de bevestiging aan de brede kanten. De benodigde boringen moet u zelf
maken.
Schaduwvrijheid
De volledige schaduwvrijheid van de solarmodule heeft de hoogste prioriteit. Als de solarmodu-
le overschaduwd wordt, wordt er geen stroom verwekt en kan, zonder bypassdiode in een reeks
geschakeld met andere solarmodules, deze volledig stilleggen. Ook gedeeltelijke overschadu-
wing van de solarmodule leidt reeds tot een aanzienlijke prestatievermindering.
Let daarom op de volgende punten:
• Kies een oppervlakte op een zuidelijk dak
• Dakneiging ca. 30°, maar niet lager dan 15°, om een goede zelfreiniging van gebladerte, vuil,
sneeuw en vogelpoep te garanderen.
• Solarfassades van vooruitstekende gedeeltes en balkons vrijhouden
• Vermijd omstandigheden die schaduw kunnen veroorzaken zoals bomen en gebouwen
Aarding
Wij adviseren om uw solarmodule te aarden. De aardingsverbindingen moeten worden uitge-
voerd door een gekwalificeerde en bevoegde vakman/vakvrouw.
- Verbind de solarmodule aan de lijst van de module met passende leidingen (de doorsnede van
de leiding is afhankelijk van de totale stroom van de gebruikte solarmodule), en verbind de
kabelschoen.
- Laat een gekwalificeerde vakman/vakvrouw de aardingsaansluiting aanvoeren (afhankelijk
van de montageplaats moet de aardingsaansluiting omgevingsafhankelijk worden uitgevoerd).
• Let erop dat er geen mechanische krachten op de zonnecel inwerken. Pak
bij het transport de solarmodule niet bij de contactdoos beet, maar draag
deze altijd met beide handen aan de lijst van de module. Doorbuigen, over
elkaar leggen, erop staan, val vanaf geringe hoogte alsook drukbelastingen
leiden tot beschadiging van de solarmodule.
• De gebruiksaanwijzingen en veiligheidsinstructies van andere compo-
nenten van de installatie moeten te allen tijde worden opgevolgd.
• Let bij montage en aansluiting erop dat u plaatselijk geldende normen,
Arbo-voorschriften ter voorkoming van ongevallen alsook bouwbepalingen
opvolgt.
• Werken aan een pv-installatie (montage, aansluiting, ingebruikneming,
onderhoud, reparatie) mogen uitsluitend worden uitgevoerd door vaklui die
daarvoor gekwalificeerd en bevoegd zijn.
• Personen die op het dak werken moeten bij een valhoogte vanaf 3 meter
voldoende worden beschermd tegen vallen.
• Door afsluitinrichtingen moeten personen op de grond worden beschermd
tegen afvallende onderdelen.
• Bij belasting door zout en zwavel bestaat corrosiegevaar.
Solarmodules mogen alleen worden gebruikt in een gematigd klimaat. De sol-
armodule is een bedrijfsmiddel dat niet explosieveilig is. Daarom mag ze niet
worden gemonteerd in de buurt van licht ontvlambare gassen en dampen.
Let erop dat het montagesysteem dat wordt gebruikt bij deze solarmodule
standhoudt bij te verwachten belastingen door bijvoorbeeld wind en sneeuw.
Personen die op het dak werken moeten bij een valhoogte vanaf 3 meter vol-
doende worden beschermd tegen vallen.
Door afsluitinrichtingen moeten personen op de grond worden beschermd
tegen afvallende onderdelen.
Als deze solarmodule wordt gebruikt in een systeem dat bestaat uit meerde-
re solarmodules, mogen er geen verschillende stroomsterktes worden
gebruikt door de modules. Bij serieschakeling mogen er alleen solarmodules
met dezelfde stroomsterkte worden gebruikt. Bij parallelschakeling mogen er
alleen solarmodules met dezelfde spanning worden gebruikt.
Let er bij het boren van de montagegaten op dat u de solarmodule niet
beschadigt.
Gebruik voor de montage corrosieveilig en geschikt montagemateriaal.
De meest voorkomende bronnen van schaduw zijn:
- Schoorstenen, ontluchtingssteunen
- Boombeplanting (let op toekomstige groei)
- Vooruitstekende gedeeltes van dakramen
- Let op de constructie voor de houder van solarmodules, dat deze geen
schaduw op de solarmodule zelf werpt.
De lijst van de module van de solarcel is geëloxeerd. Om een „leidende ver-
binding" te garanderen adviseren wij zelfsnijdende schroeven of een pas-
sende tandveerring.
Het is ook mogelijk de lijst van de solarmodule met het gebruikte montage-
systeem te verbinden en aansluitend het montagesysteem door een gekwali-
ficeerde en bevoegde vakman/vakvrouw te laten aarden.