NL
AUTOSTOELTJE INSTALLEREN EN VERWIJDEREN
1 Draai de steunpoot uit
2 Plaats de basis op de autobank. De steunpoot heeft
twee knoppen om de lengte aan te passen. Druk op de
knoppen om de lengte van de poot aan te passen. De
steunpoot moet contact maken met de vloer van de
auto. Controleer of de belastingspoot goed bevestigd is
door neerwaartse druk uit te oefenen op de basis.
3 De ISOFIX-verbindingen verlengen.
Knijp in de ISOFIX-verlengingsknoppen en trek de
ISOFIX-verbindingen uit.
4 Druk de ISOFIX-verbindingen op de ankers
van de auto totdat u een klik hoort. Als de
ISOFIX-verbindingen vergrendeld zijn, zijn de
verbindingsindicatoren groen. Als de basis niet
vergrendeld is, zijn de indicatoren rood.
5 Knijp in de ISOFIX-verlengingsknoppen. Druk de
basis stevig naar onder tegen de achterkant van de
autobank zodat ze goed aansluit op de bank.
6 Om de basis van de autobank te verwijderen, trekt u
aan de ISOFIX-ontgrendelknop. Verwijder dan de basis.
AUTOSTOELTJE IN DE LIGSTAND PLAATSEN
7 Om het autostoeltje in ligstand te plaatsen, trekt u aan
de hendel voor de ligstand en schuift u het stoeltje in
de juiste positie voor uw kind.
HET AUTOSTOELTJE AAN DE BASIS BEVESTIGEN
8 Bevestig het autostoeltje aan de basis door de
voorkant van het stoeltje in de basis te plaatsen en dan
de achterkant naar onder te drukken tot het vastklikt.
Trek het autostoeltje omhoog om te controleren of het
stevig vastzit op de basis.
54