PROBLEMEN EN OPLOSSINGEN
1.
Het apparaat gaat niet aan of
uit.
2.
Het apparaat geeft geen of zeer
weinig damp af
3.
Er stroomt water uit het
apparaat
•
Controleer of er voldoende
water in de tank zit.
•
Controleer of het apparaat
correct is gevoed .
•
Controleer of er geen vuil is
afgezet op de ultrasone trilplaat.
•
De onderdelen van het apparaat
zijn niet correct gepositioneerd.
•
Controleer of de luchtinlaat-
en uitlaatpoorten niet verstopt
zijn.
•
De onderdelen van het apparaat
zijn niet correct gepositioneerd.
•
De
luchtvochtigheid
kamer zijn hoog. Onder deze
omstandigheden
dampen condenseren en kan
condensatie op en rond het
apparaat lekken.
63
temperatuur
in
kunnen
en
de