Deutsch
Das PTFE-Diaphragma einer Elektrode kann in
einigen Fällen regeneriert werden, indem es in
heißer (60 bis 80 °C), 1 molare Kaliumchlorid-
Säure (KCl) eingetaucht und dann auf
Raumtemperatur abgekühlt wird.
Bauen Sie die Geber nach der Reinigung in umge-
kehrter Reihenfolge wieder ein (sehen Sie
Abschnitt §3-5).
5-3. Kalibrierung
Wir empfehlen Ihnen, die Kalibrierung mit neuen,
sauberen Elektroden durchzuführen. Die 3- und
4-Lochgeber werden mit einem Haltering und
einem Bechersatz geliefert. Der Geber kann kom-
plett mit den Elektroden in den Ring eingesetzt
werden, um eine Kalibrierung vorzunehmen. Die
Kalibrierung kann nach dem Anschluß der
Elektroden an der Meßumformer beginnen. Die
erforderlichen Informationen entnehmen Sie den
entsprechenden Kapiteln der Bedienungsanlei-
tung des pH-Meßumformers.
Allgemeine Vorgangsbeschreibung
Um einen pH-Meßumformer zu kalibrieren,
benötigen Sie zwei Pufferlösungen mit bekannten
pH-Wert. Wir empfehlen Ihnen eine Pufferlösung
mit einem pH-Wert von 7 zu verwenden. Je nach
dem zu messenden Medium sollte sich die zweite
Pufferlösung entweder im sauren oder basischen
Bereich befinden.
Normalerweise werden Pufferlösungen mit den
pH-Werten 4 oder 9 verwendet.
Im folgenden wird der allgemeine Kalibrier-
vorgang beschrieben:
- Reinigen Sie die Elektroden
- Spülen Sie sie mit Wasser
- Tauchen Sie sie in den ersten Puffer ein (pH 7)
- Justieren Sie die Meßumformer-Anzeige mit
dem bekannten Wert in asymmetrischer
Einstellung
- Spülen Sie die Elektroden mit Wasser
- Tauchen Sie sie in den zweiten Puffer ein (pH 4
oder pH 9)
- Justieren Sie die Meßumformer-Anzeige mit
dem bekannten Wert in der Anstiegeinstellung
- Spülen sie die Elektroden wieder mit Wasser.
Während
der
Kalibrierung
sollte
die
Temperaturkompensation aktiviert sein. Wir
empfehlen Ihnen, die Kompensation mit den
Pufferlösungen
vorzunehmen,
wobei
die
Temperatur etwa der Prozeßtemperatur entspre-
chen sollte.
Nederlands
Het PTFE-diafragma van de referentie-elektro-
de kan soms worden gereinigd door het in een
warme oplossing (60 tot 80 °C) van 1 molair
chloorkalium (KCl) te zetten en af te laten koe-
len tot kamertemperatuur.
Na het reinigen kan de houder weer in het pro-
ces worden teruggeplaatst door het volgen van
de omgekeerde procedure (zie §3-5).
5-3. IJken
Aanbevolen wordt het ijken te starten met
schone elektroden. Nieuwe elektroden dienen
ook altijd eerst te worden geijkt.
Het ijken kan plaatsvinden nadat de elektroden
zijn aangesloten op de transmitter. Lees hier-
voor de betreffende instrukties in de handlei-
ding van de transmitter.
Algemene ijkprocedure
Voor het ijken van een pH-transmitter zijn twee
bufferoplossingen met bekende pH-waarden
nodig. Eén van de oplossingen dient een waar-
de van ongeveer pH 7 te hebben. Afhankelijk
van het te meten proces dient de tweede buffer-
oplossing zuur of caustisch te zijn. Normaliter
worden de buffers pH 4.01 of pH 9.22 gebruikt.
Het ijken verloopt ongeveer als volgt:
- Reinig de elektroden
- Spoel de elektroden af met water.
- Dompel de elektroden in de eerste buffer
(ongeveer pH 7).
- Stel de aflezing van de asymmetriepotentiaal
in op de bekende waarde.
- Spoel de elektroden af met water.
- Dompel de elektroden in de tweede buffer
(pH 4 of pH 9).
- Stel de aflezing met de gevoeligheidsinstel-
ling in op de bekende waarde.
- Spoel de elektroden af met water.
Tijdens het ijken dient de temperatuurcompen-
satie actief te zijn. Aangeraden wordt te ijken
bij een temperatuur dicht in de buurt van de
procestemperatuur.