nl
18
Juist gebruik van het onderstel.
De onderstellen zijn bestemd voor de stationaire mon-
tage van de schuurmachines GI 75 en GI 150 in een tegen
weersinvloeden beschermde omgeving.
Bijzondere veiligheidsvoorschriften.
Let erop dat het onderstel stabiel en horizontaal staat.
Bevestig het onderstel op de vloer. Als het onderstel tij-
dens de werkzaamheden kantelt, kan dit ernstig letsel
veroorzaken. (afbeeldingen 1+3)
Gebruik voor de montage van de machine op het onder-
stel passend bevestigingsmateriaal. Een foutieve mon-
tage kan ertoe leiden dat de machine tijdens de
werkzaamheden van het onderstel losraakt en ernstige
ongevallen veroorzaakt.
Verzeker u er voor het inschakelen van dat alle spanhen-
dels aan het onderstel goed zijn vastgedraaid. Wanneer
de machine plotseling omlaag beweegt, kan dit tot ern-
stige ongevallen leiden.
De stekker van de afzuiginstallatie mag alleen door een
elektromonteur worden gemonteerd. De aardaansluiting
in het stopcontact moet met de veiligheidsaarding van het
stroomnet verbonden zijn.
Trek de stekker uit het stopcontact bij onderhoud en
reparaties. Als de afzuigvoorziening onbedoeld wordt
ingeschakeld, kan dit tot ernstig letsel leiden.
Laat de elektrische veiligheid van de afzuiginstallatie
overeenkomstig de wettelijke bepalingen regelmatig
controleren. Bij installaties die niet worden nagezien,
bestaat het gevaar van een elektrische schok.
In één oogopslag.
1 Spanhendel
2 Steun
3 Bevestigingsbouten
4 Motor
5 Slangklem (GIBE)
6 Afzuigslang (GIBE)
7 Frame (GIBE)
8 Filterinzetstuk (fijn) (GIBE)
9 Filterinzetstuk (grof) (GIBE)
10 Opvangreservoir (GIBE)
11 Vastzetschroeven (GIBE)
12 Kruisknoppen opvangbak (GIBE)
13 Verbindingsstuk (GIBE)
Montagevoorschriften
(afbeeldingen 1+3).
Bevestig het onderstel met geschikte pluggen en
schroeven op de vloer. De bevestiging moet vol-
doende zijn voor de tijdens de werkzaamheden
optredende krachten.
Draai beide spanhendels (1) los, zet de steun (2) horizon-
taal en draai beide spanhendels (1) weer vast.
Plaats de te monteren machine op de steun (2).
Vanwege het gevaar voor ongevallen moeten deze
werkzaamheden worden uitgevoerd door personen
die lichamelijk in staat zijn het hoge machinegewicht
te tillen.
Bevestig de machine met passende schroeven (3) op
de steun.
Een foutieve montage kan ertoe leiden dat de machine tij-
dens de werkzaamheden kantelt en ernstige ongevallen
veroorzaakt.
GIBE: Steek de afzuigslang (6) op de zuigaansluiting van
de machine en draai de slangklem (5) vast.
Elektrische aansluiting (GIBE).
Let op de spanning van het stroomnet: De netspanning en
frequentie van de spanningsbron moeten overeenkomen
met de gegevens op het typeplaatje van de machine.
Steek de stekker van de afzuiginstallatie in het daarvoor
voorziene stopcontact op de machine.
Helling instellen (afbeelding 2).
Draai de beide spanhendels (1) los. Stel de machine op de
vereiste werkhoogte in.
Draai de beide spanhendels (1) weer vast.
Gebruiksvoorschriften.
In- en uitschakelen (GIBE).
De afzuiginstallatie wordt via de aan/uit-schakelaar van de
gemonteerde machine automatisch mee in- of uitgescha-
keld.
Opvangbak leegmaken en filterinzetstuk-
ken vervangen (afbeelding 4).
Draai de slangklem (5) van de achterste afzuigslang los en
trek de afzuigslang van de zuigaansluiting (13) los.
Draai de beide kruisknoppen (12) los en trek de opvang-
bak (10) helemaal naar buiten.
Draai de zes schroeven (11) los tot het frame (7) en de
filterinzetstukken (8) en (9) er naar achteren uitgetrok-
ken kunnen worden.
Reinig de filterinzetstukken met perslucht en maak de
opvangbak leeg.
De inhoud van de spanenbak moet voor het leegmaken
voldoende afgekoeld zijn en mag alleen via een geschikte
container worden afgevoerd.
Leg de gereinigde filterinzetstukken (8) en (9) met de
juiste kant naar boven in het frame (7).
Monteer alle onderdelen in omgekeerde volgorde.
Geluidsemissiewaarden (GIBE).
Gemeten A-gewogen emis-
siegeluidsdrukniveau op de
L
werkplek
(re 20 μPa),
pA
in decibel
Onzekerheid
K
, in decibel
pA
Gemeten A-gewogen
geluidsvermogenniveau
(re 1 pW), in decibel
Onzekerheid
K
,
wA
in decibel
Onbelast lopen
80,5
4
L
wA
90
2,5
Schuren
94
4
100,5
2,5