een vochtige doek. Gebruik een mild
schoonmaakmiddel als de oven zeer vuil
is. Gebruik geen spray of ander agressief
schoonmaakmiddel, deze kunnen vlekken,
strepen op het deuroppervlak achterlaten of
deze doffer maken.
3. Maak de buitenkant van de oven schoon
met een vochtige doek. Om schade aan
de bedieningsonderdelen in de oven te
voorkomen, zorg dat er geen water in de
ventilatieopeningen binnendringt
4. Veeg beide zijden van de deur en het venster,
de deurkoppelingen en aangrenzende
oppervlakken regelmatig schoon met een
vochtige doek en verwijder eventuele morserij
en gespetter. Gebruik geen agressieve
schoonmaakmiddelen.
5. Zorg dat het bedieningspaneel niet nat wordt.
Maak schoon met een vochtige doek. Tijdens
het schoonmaken van het bedieningspaneel,
laat de deur open om een toevallige
inschakeling van de oven te vermijden.
6. Als stoom binnenin of rond de buitenkant
van de ovendeur verschijnt, veeg deze
weg met een zachte doek. Stoom kan zich
NL-28
voordoen wanneer de microgolfoven in een
zeer vochtige omgeving wordt gebruikt. Dit is
normaal.
7. Het kan nu en dan nodig zijn om het glazen
plateau voor reiniging uit te halen. Was het
glazen plateau in heet zeepwater of in een
vaatwasmachine.
8. Maak de rolring en ovenvloer regelmatig
schoon om overdreven lawaai te voorkomen.
Maak de ovenvloer schoon met een mild
schoonmaakmiddel. De rolring kan in
lauw zeepwater of in een vaatwasmachine
schoongemaakt worden. Als u de rolring uit de
oven voor reiniging haalt, zorg dat u deze op
de juiste manier terug plaatst.
9. Verwijder geuren uit uw oven door een kopje
water met de sap en schil van één citroen
in een diepe microgolfbestendige schaal te
gieten en gedurende 5 minuten in de oven
te plaatsen. Veeg grondig en droog met een
zachte doek.
10. Als het nodig is om het ovenlampje te
vervangen, raadpleeg uw handelaar om
dit te doen.
NL-29