nl
13. Buig de ondertoren iets open en plaats
hem over de boventoren en de afzuigkap. De
ondertoren moet op de afzuigkap rüsten.
14. Bij versie met circulatielucht: omleidend
stuk
met
fenderbevestigingen
en
uitblaasrooster aan de bovenste toren
bevestigen. Uitlaatslang tussen omleidend
stuk en module door middel van slangklem.
Tip: see you Page 28-30