Onderhoud
De luchtontvochter is met oog op een probleemvrije werking en
een minimale controle geconstrueerd.
Alle beweeglijke onderdelen hebben een permanente smering.
Er bevinden zich geen verdere te onderhouden onderdelen in
het binnenste van het toestel.
Vóór iedere storing het toestel uitschakelen en de stekker uit het stopcontact nemen.
Storing
Motor start niet
Toestel condenseert weinig of geen
water
Toestel schakelt uit bij continu
bedrijf met afvoerslang
Water loopt uit het toestel
Buitengewone geluiden resp.
trillingen
Werden alle functiecontroles uitgevoerd en konden de storingen niet worden verholpen, richt u zich alstublieft aan de fabrikant
resp. de klantenservice.
Indien een toestel niet foutvrij werkt, moet het onmiddellijk buiten bedrijf worden genomen!
M
o
g
e
l
i
j
k
M
o
g
e
l
i
j
k
Mogelijke oorzaak
Netspanning ontbreekt
Aansluitkabel defect
Wateropvangbak vol
Ruimteluchtvochtigheid
ingesteld
Ruimtetemperatuur of luchtvochtigheid
liggen niet in het werkbereik
Luchtfilter verontreinigd
Luchttoevoer of afvallucht geblokkeerd
a) Toestel van binnen sterk ver-
ontreinigd
b) Koelcircuit defect
Deuren en/of ramen open
a) Afvoerslang geknikt of opgerold
b) niet voldoende helling
Water in de slang bevriest
Wateropvangbak ondicht
Toestel staat op oneffen vloer
Schroeven,
moeren
onderdelen losmaken
Bewaar ongebruikte toestellen op een droge, afgesloten plaats
buiten de reikwijdte van kinderen op.
Let op het volgende, om de levensduur van de luchtontvochter
te verlengen en een foutvrije werking te waarborgen:
Ledig de wateropvangbak en droog hem zorgvuldig.
Reinig de filter.
Voer een grondige reiniging uit.
Controleer de luchtontvochter op een foutvrije toestand,
opdat na een langere opslag een betrouwbaar gebruik van
het toestel is gewaarborgd.
Dek de luchtontvochter zorgvuldig af.
e
s
t
o
r
i
n
g
e
n
e
s
t
o
r
i
n
g
e
n
Remedie
Zekering controleren
Laten controleren (elektromonteur)
Wateropvangbak ledigen
lager
dan
ingestelde luchtvochtigheidswaarde controleren,
eventueel andere waarde instellen
a) Ruimtetemperatuur
32 °C)
b) Luchtvochtigheid controleren (ten minste 30 %
r. v.)
c) ingestelde luchtvochtigheidswaarde controle-
ren, eventueel andere waarde instellen
Luchtfilter reinigen (zie "Reiniging en onderhoud")
controleren, eventueel toestel anders plaatsen) op
minimale afstand (10 cm) tot de wand letten)
Neem
contact
klantenservice!
Deuren en/of ramen sluiten
Afvoerslang anders verleggen, opdat het water
ongehinderd kan afvloeien.
Maatregelen nemen die een vriezen van het water
voorkomen
a) Wateropvangbak controleren
b) Wateropvangbak vervangen
Toestel op effen vloer plaatsen
of
andere
Onderdelen bevestigen.
Zijn de onderdelen niet te bevestigen, bevinden ze
zich in het binnenste van het toestel of blijven de
geluiden: fabrikant resp. klantenservice opzoeken.
O
p
s
l
a
g
O
p
s
l
a
g
controleren
(5 °C
op
met
de
fabrikant
tot
of
105