7
reiniging en onderhoud
Zet voordat u uw airconditioner wilt reinigen het apparaat uit met de aan-/ uit toets, wacht een paar minuten en verwijder
de stekker uit het stopcontact.
Het reinigen van de buitenkant
Reinig de buitenkant van het apparaat met een vochtige doek en droog na met een droge doek. Indien noodzakelijk kunt
u de buitenkant van het apparaat met behulp van een mild afwasmiddel reinigen.
• Was het apparaat nooit met water. Dit kan gevaarlijk zijn.
• Gebruik geen benzine, alcohol of soortgelijke oplosmiddelen om het apparaat schoon te maken.
• Spuit nooit met insectensprays of soortgelijke middelen.
• Gebruik geen agressieve of schurende schoonmaakmiddelen om het apparaat te reinigen.
• Dompel het apparaat, het snoer of de stekker nooit in water of een andere vloeistof onder.
Het reinigen van het luchtfilter
Om het apparaat optimaal te laten functioneren, adviseren wij om het luchtfilter elke week
te reinigen. Het luchtfilter kan namelijk verstopt raken met stof en vuil. Verwijder het luchtfilter
zoals getoond wordt in de tekening.
Gebruik een stofzuiger om al het stof van het luchtfilter te verwijderen.
Als het luchtfilter erg vies is, mag deze met lauwwarm water gereinigd worden.
• Dompel het luchtfilter in lauwwarm water (max. 40°C) met een zacht reinigingsmiddel.
Spoel het luchtfilter een aantal malen en laat het aan de lucht drogen. Leg het luchtfilter
niet in de zon of op de verwarming om te drogen.
• Plaats het luchtfilter terug. Controleer of deze volledig droog is voordat het apparaat weer
gebruikt wordt.
Het reinigen van de luchtinlaten
Om het apparaat optimaal te laten functioneren, kunt u de luchtinlaten reinigen met behulp
van een stofzuiger met een zachte borstelzuigmond.
Start of einde van het seizoen
Controleer aan de start van het seizoen of het snoer en de stekker onbeschadigd zijn. Volg de installatie instructies om het
apparaat te plaatsen.
Zorg er aan het einde van het seizoen voor dat er geen condensvocht meer in het apparaat zit. Voer het vocht af volgens
de instructies in het hoofdstuk CONDENSVOCHT AFVOEREN en zorg er voor dat het luchtfilter schoon is voordat u het
apparaat opbergt.
8
problemen en oplossingen
Controleer eerst het onderstaande voordat u de airconditioner inlevert voor reparatie.
Probleem
Het apparaat gaat niet aan.
Het apparaat werkt maar gedurende
een korte periode
Het apparaat koelt niet genoeg.
16
•
Nederlands
Mogelijke oorzaak
• De stroom is uitgevallen
• De stekker zit niet in het stopcontact
• De beveiliging is geactiveerd
• De luchtafvoerslang is geknikt
• De luchtuitlaat/ - afvoer is
geblokkeerd
• Niet alle deuren en ramen zijn gesloten. • Zorg ervoor dat alle deuren en ramen
• Er zijn warmtebronnen in de kamer
actief.
• De luchtafvoerslang is los geraakt
van het apparaat
• Het apparaat is niet geschikt voor
de ruimte waarin deze staat
Oplossing
• Controleer de stroomtoevoer
• Steek de stekker in het stopcontact
• Wacht 30 minuten voordat u het
apparaat opnieuw inschakelt. Als het
probleem blijft, neem dan contact op
met de klantenservice.
• Plaats de luchtafvoerslang volgens
de voorschriften. Zo kort mogelijk
en bij voorkeur zonder bochten.
• Controleer of de lucht vrij
kan uitstromen
gesloten zijn.
• Verwijder de warmtebronnen of zet
deze uit indien mogelijk.
• Monteer de luchtafvoerslang aan
de achterzijde van het apparaat