4. Functies
12 13 14
15
11
10
1
2
3
4
Aan/Uit (in-/uitschakeling)
1
Snelheid (ventilatie)
2
Timerindicator
3
Timer
4
Nachtmodus
5
Indicator nachtmodus
6
Modusselectie
7
Temperatuur hoger
8
Temperatuur lager
9
Indicator voor werking compressor
10
Indicator watertankniveau (tank vol)
11
26
16
17
18
19
20
21
22
5
6
7
8
9
Indicator lage ventilatie
12
Indicator gemiddelde ventilatie
13
Indicator hoge ventilatie
14
Ontvanger voor afstandsbediening
15
LCD-scherm
16
Indicator automatische modus (AUTO)
17
Indicator ontvochtigingsmodus
18
Indicator koelmodus
19
Wifi-knop/-indicator
20
Indicator ventilatiemodus
21
Wifi-knop
22
Aan-uitknop
Druk op de aan-uitknop en het apparaat start
1
automatisch. Als de omgevingstemperatuur:
•
hoger dan 22 °C is, werkt het apparaat in de
koelmodus.
•
hoger dan 20 °C, maar lager dan of gelijk
aan 22 °C is, werkt het apparaat in de
ventilatiemodus.
Er worden tegelijkertijd indicators van de
2
actieve functies weergegeven.
Opmerking: Het scherm toont de
omgevingstemperatuur (0 °C tot 50 °C)..
3
Druk nogmaals op de aan-uitknop om het
apparaat uit te schakelen.
De modus kiezen
Druk op de MODUS-knop om de gewenste modus
te kiezen: automatisch, koelen, ventilatie of
ontvochtiging. De indicator van de gekozen modus
gaat branden.
De temperatuur instellen
Druk op de knop 'Temperatuur hoger'
1
of 'Temperatuur lager' om de gewenste
temperatuur in te stellen.
2
Het scherm toont de temperatuur terwijl u op
de knop 'Temperatuur hoger' of 'Temperatuur
lager' drukt. In de stand-bymodus wordt altijd
de omgevingstemperatuur weergegeven.
De vooraf ingestelde temperatuur van dit
3
apparaat is: 24 °C voor koelen.
De ventilatiesnelheid aanpassen
Druk op de SNELHEID-knop om de gewenste
1
ventilatiesnelheid te kiezen: hoog, gemiddeld
of laag. De indicator voor hoge, gemiddelde, of
lage ventilatie gaat branden.
Als de modus AUTO actief is, wordt de
2
ventilatiesnelheid automatisch gekozen op
basis van de omgevingstemperatuur (de
relevante indicator gaat branden). In de modus
AUTO werkt de SNELHEID-knop niet.
De timer instellen
1
Druk op de TIMER-knop om een time-out in
te stellen (1 tot 24 uur, de timerindicator gaat
branden). Als de ingestelde tijd is bereikt,
schakelt het apparaat automatisch uit. Het
LCD-scherm toont het uur/de uren die u instelt
terwijl u op de TIMER-knop drukt.
Door op de TIMER-knop te drukken zonder
2
de andere functies te gebruiken, kunt u
een startvertraging activeren. Als u de timer
bijvoorbeeld op '2' zet, start het apparaat
automatisch na 2 uur.
27