Batterij Vervangen - BASETech 1369245 Mode D'emploi

Détecteur de fumée
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

• Let erop dat u minimaal een rookmelder aanbrengt op elke etage.
• Breng een rookmelder aan in elke kamer waarin zich een elektrisch apparaat of gebruiks-
voorwerp bevindt (bijv. televisietoestel in de woonkamer). Juist bij dergelijke apparaten be-
staat vaak het gevaar van sterke, giftige rookontwikkeling.
• Het is aan te bevelen om in grote ruimtes meer dan één rookmelder te installeren.
• Rook en andere verbrandingsproducten stijgen op naar het plafond van de kamer en ver-
spreiden zich horizontaal. Breng de rookmelder op het plafond in het midden van de kamer
aan, omdat dit punt het dichtst bij alle andere punten in de ruimte ligt.
De montage aan het plafond wordt aanbevolen voor normale woningen. In caravans of cam-
pers kan montage op de verticale wanden echter nuttig zijn om een warmtebarrière te vermij-
den die zich bij het plafond kan vormen.
• Als u de rookmelder aan het plafond monteert, moet u erop letten dat deze minstens 50 cm
van de zijwand en 60 cm van elke hoek is verwijderd.
De rookmelder moet worden bevestigd op een steunbalk van het plafond of een vergelijkbaar
punt. Let goed op de minimale afstand naar de hoeken van de kamer en de muren.
Het is voor ruimtes met schuine daken (zolderverdieping) aan te raden om een rookmelder
te monteren op elke schuine zijde.
Afgeraden montageplaatsen voor rookmelders
U moet de volgende montageplaatsen vermijden:
• Keuken/badkamer en toilet: De in deze ruimtes aanwezige kook- en waterdampen kunnen
een vals alarm veroorzaken.
• Garages: In garages kunnen de uitlaatgassen van voertuigen een vals alarm veroorzaken.
• In de buurt van verwarmingen of airconditioning
• Ruimtes waarin de temperatuur heel laag of heel hoog is
• Puntgevels: Hier kan zich warme lucht ophopen (bijv. in de zomer of bij verwarming van het
huis), wat voorkomt dat de rook van een gevaarlijke smeulende brand bij de rookmelder kan
komen.
• Daken van o.a. caravans: Zonlicht verwarmt het dak van de ruimte en daarmee ook de lucht
in het bovenste deel van de caravan. Door de warme lucht kan de rook van een gevaarlijke
smeulende brand niet bij de rookmelder komen.
• Muren van onroerend goed: Hierbij wordt de rook laat waargenomen, wat de alarmering
vertraagt.
• Hoeken in gebouwen: Hierbij wordt de rook laat waargenomen, wat de alarmering vertraagt.
Montage van de rookmelder, plaatsen van de batterij

De rookmelder werkt niet zonder batterij of als de batterij leeg is.
Als u het signaal "Batterij bijna leeg" hoort (een kort geluidssignaal na ongeveerd
elke 45 seconden), moet u de batterij vervangen.
Controleer de rookmelder wekelijks en na elke keer dat u de batterijen vervangt.
Hiervoor drukt u de toets "TEST" ongeveer 3 seconden in. De rookmelder geeft
hierna een geluidssignaal en de led's knipperen. Lees ook de paragraaf "Functie-
test".
Gebruik voor de veiligheid nooit oplaadbare batterijen maar uitsluitend een niet-
oplaadbare batterij.
Uit veiligheidsoverwegingen kan de rookmelder niet op de montageplaat worden
gemonteerd zonder dat de batterij is geplaatst.
• Maak de montageplaat los door de rookmelder te draaien en neem deze eraf (bovenste deel
naar links draaien tegen de klok in, zie markering "
• Gebruik de montageplaat als boorsjabloon en teken de boorgaten op de plaats van de twee
aan de buitenkant verzonken openingen (afstand tussen de gaten 70 mm).
• Bevestig de montageplaat met geschikte schroeven en eventueel pluggen.
Zorg er bij het vastschroeven of boren voor dat er geen kabels of leidingen bescha-
digd worden.
Uit veiligheidsoverwegingen adviseren wij geen kleefpads of magneetplaten te ge-
bruiken bij de montage.
• Sluit een 9 V-blokbatterij met de juiste polariteit aan op de batterijkabel die zich in het bat-
terijvak van de rookmelder bevindt.
• Plaats de rookmelder op de montageplaat en zet deze vast door hem naar rechts te draaien
(bovenste deel naar rechts draaien met de klok mee, zie markering "TWIST TO TIGHTEN
Uit veiligheidsoverwegingen kan de rookmelder niet op de montageplaat worden ge-
monteerd zonder dat de batterij is geplaatst. Als een batterij wordt geplaatst drukt u
op een kleine rode hendel in het batterijvak; deze trekt een pennetje in de behuizing.
Nu kan de rookmelder pas op de montageplaat worden bevestigd.
TWIST TO REMOVE").
").

Batterij vervangen


Als de batterijen leeg raken, geeft de rookmelder om de 45 seconden een geluids-
signaal. Vervang direct de lege batterij door een nieuwe.
Ga bij het vervangen van de batterij als volgt te werk:
• Maak de montageplaat los door de rookmelder te draaien en neem deze eraf (bovenste deel
naar links draaien tegen de klok in, zie markering "
• Vervang de 9 V-blokbatterij. Sluit een 9 V-blokbatterij met de juiste polariteit aan op de bat-
terijkabel die zich in het batterijvak van de rookmelder bevindt.
• Plaats de rookmelder op de montageplaat en zet deze vast door hem naar rechts te draaien
(bovenste deel naar rechts draaien met de klok mee, zie markering "TWIST TO TIGHTEN
Uit veiligheidsoverwegingen kan de rookmelder niet op de montageplaat worden ge-
monteerd zonder dat de batterij is geplaatst. Als een batterij wordt geplaatst drukt u
op een kleine rode hendel in het batterijvak; deze trekt een pennetje in de behuizing.
Nu kan de rookmelder pas op de montageplaat worden bevestigd.
Werkingstest

• Bij normaal gebruik brandt de rode LED naast de toets "TEST" om de 43 seconden kort.
• Om het alarmsignaal te testen, houd u de toets "TEST" ongeveer 3 seconden ingedrukt.
Hierop geeft de rookmelder een kort geluidssignaal en knippert de led. Dit geeft een juiste
werking van de rookmelder en de batterij aan.
Als er geen alarm te horen is of als de led niet knippert, is de batterij mogelijk leeg. Vervang
de batterij en voer een nieuwe werkingstest uit. Als ook dit niet helpt, vervangt u de rookmel-
der.
Het wordt nadrukkelijk aangeraden om de rookmelder wekelijks te testen om zeker
te zijn van een probleemloze werking.
Vluchtplan opstellen en noodsituaties oefenen

• Stel een plan voor uw woning of huis op waarin alle deuren en ramen zijn weergegeven en
waarin voor elke ruimte indien mogelijk twee vluchtroutes zijn toegewezen. Voor ramen op
de tweede verdieping kan een (touw)ladder nodig zijn.
• Houd een gezinsoverleg om het vluchtplan te bespreken en iedereen uit te leggen wat er
moet gebeuren in geval van brand/rook.
• Wijs een plaats buiten het huis aan als verzamelpunt.
• Maak iedereen vertrouwd met het alarm van de rookmelder; iedereen moet weten dat hij/zij
het huis onmiddellijk moet verlaten als dit alarm te horen is.
• Oefen minstens elke 6 maanden een rook-/brandalarmsituatie. Oefenen helpt bij het testen van
uw vluchtplan in een noodgeval. Het kan gebeuren dat u bij een brand uw kinderen niet kunt
bereiken. Het is belangrijk dat ze weten wat ze moeten doen en hoe ze zich moeten gedragen.
Wat te doen bij een alarm?

• Herkent de rookmelder rook dan gaat een luid alarm af. Het alarm stopt als er geen rook
meer in de lucht is.
• Verlaat bij alarm direct de woning of het huis volgens het door u opgestelde vluchtplan. Elke se-
conde telt, dus verspil geen tijd door u aan te kleden of door het meenemen van kostbaarheden.
• Open bij het verlaten van een ruimte geen deuren zonder eerst aan het oppervlak te voelen.
Als dit heet is of als u rook onder de deur uit ziet komen, mag u de deur niet openen! Gebruik
in plaats hiervan de alternatieve vluchtroute.
Als het oppervlak van de deur koel aanvoelt, drukt u er met uw schouder tegen, open de deur
zonder veel kracht te gebruiken en wees erop voorbereid u weer terug te trekken als hitte of
rook het doorlopen naar de achtergelegen ruimte onmogelijk maken.
• Blijf dicht bij de vloer als er veel rook hangt. Adem door een doek die (indien mogelijk) met
water is bevochtigd.
• Als u de woning of het huis hebt verlaten, gaat u naar de verzamelplaats en controleert u of
iedereen aanwezig is.
• Waarschuw de brandweer in het huis van de buren, niet in uw eigen huis!
• Ga de woning of het huis pas weer binnen als de brandweer hiervoor toestemming heeft
gegeven.
Vals alarm

Sigarettenrook of damp die vrijkomt bij het koken kan de rookmelder activeren. Een vals alarm
kan ook optreden door stofontwikkeling bij slijpwerkzaamheden (zoals bij het renoveren van
een ruimte) en door het gebruik van te veel haarlak/deodorant in een ruimte.
De rookmelder wordt normaal niet geactiveerd door het roken van sigaretten; dit
gebeurt alleen als de rook rechtstreeks in de rookmelder wordt geblazen.
Als de rookmelder alarm geeft, controleert u eerst of er daadwerkelijk een brandhaard is. Als u
rook of een brand ontdekt, informeert u eerst uw gezinsleden als die aanwezig zijn en verlaat
u allen het gebouw. Bel de brandweer. Als er brand is of als er rookt hangt, controleert u of het
alarm kan zijn afgegaan door de boven vermelde oorzaken.
TWIST TO REMOVE").
").

Publicité

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

Kd-133a

Table des Matières