6
EINDE PROGRAMMA
Wanneer het programma
ten einde is zal de
vaatwasmachine
ononderbroken gedurende
3 secondes piepen. Bij het
opendoen van de deur van
de vaatwasmachine kunt
u controleren of de
wasgang teneinde is aan
de hand van een lichtje op
de sierlijst van de
vaatwasmachine.
U dient de afwasmachine
altijd uit te schakelen met
OFF-toets.
7
STROOMSTORINGEN
Na een stroomstoring
hervat de
vaatwasmachine zijn
normale wasproces op het
zelfde punt als
8
ELEMENTAIRE ADVIEZEN
Er zijn een aantal zaken waarmee men rekening dient te houden. Wanneer u die niet uit het oog
verliest, verlengt u de levensduur van uw vaatwasmachine en verbetert u de kwaliteit van het
wasproces.
a
De vaatwasmachine vullen. Probeer ten volle de capaciteit van de vaatwasmachine
te benutten; u vermindert aldus water- en stroomkosten en reduceert het geluidsniveau van
uw huishoudelijke apparaat.
Plaats de vaat op de juiste manier. Om een optimale waskwaliteit te bereiken
b
moeten de sproeiers volkomen onbelemmerd kunnen draaien. Eveneens dienen de stukken
correct geplaatst te worden zodat de waterstraal overal bij kan.
Programmakeuze. Kies zowel het juiste wasprogramma als de extra-functies, overeenkomstig
c
uw behoeftes.
0 0
MODELLEN
DISPLAY
waar hij gestopt was(de
machine heeft een
geheugen van minimaal
12 uur, al naargelang het
model).