AANMELDEN VAN DE DETECTOR
De detector kan op twee manieren aangemeld worden bij het basisstation, namelijk als
'afstandbediening' of als 'sensor'. Deze keuze wordt gemaakt d.m.v. de keuze schakelaar op
de detector. Kies altijd de juiste mode voor u de detector op de gewenste plaats monteert.
Het verschil tussen deze twee mogelijkheden wordt hieronder uitgelegd.
Het registratie proces is hetzelfde voor zowel 'afstandbediening' als 'sensor' mode.
'Afstandbediening' mode
Wanneer de detector aangemeld wordt als 'afstandbediening' zal elke melding van de
detector tot een alarm op de console leiden. (zoals de 'paniek' knop op een
afstandbediening). Of het basisstation in- of uitgeschakeld is zal hier geen verschil in maken.
'Sensor' mode
In 'Sensor' modus is het configureerbaar in welke status van het basisstation het alarm
gegeven wordt.
Standaard zal er alleen een alarm gegeven wordt als het basisstation inschakelt is, zoals als
b.v. een bewegingsmelder.
Dit kan echter veranderd worden door de detector te configureren als zijnde een 'Nood
sensor'. Wanneer de detector geconfigureerd is als 'Nood sensor' zal een alarm gegeven
ongeacht de status van het basisstation.
Het voordeel van de 'sensor' mode is dat het mogelijk is om automatisering opdrachten uit te
voeren als een detector geactiveerd wordt.
Zoals b.v. het inschakelen van een pomp zodra een water detector water in uw kelder
detecteert.
Aanmelden bij de SC28 Home Protector
1. Schakel de detector in de juiste mode, 'afstandbediening' of 'sensor'.
2 Om toegang te krijgen tot het menu, druk de menu ↑ of ↓ toets in. Het display geeft nu
het volgende weer: PIN INVOEREN
3. Voer de 4-cijferige Pincode in (fabrieksinstelling 0000). Voor elk ingegeven cijfer verschijnt
een * in het display.
4 Wanneer de Pincode correct is ingevoerd verschijnt de tekst INSTALL in het display.
5. Druk op OK. Er verschijnt INSTAL ZONE in het display.
6. Druk op de TEST knop van de detector. Het centrale geeft een pieptoon te bevestiging. Op
het display komt of te wel ZONE 1 OK (wanneer sensor mode gekozen is) of AFST 1 OK (indien
afstandbediening mode gekozen is).
Wanneer er meer dan 1 detector is geïnstalleerd verschijnt er resp. AFST 2 OK / ZONE 2 SET,
AFST 3 OK / ZONE 3 SET etc.
U kunt ook direct kiezen in welke zone u de detector wilt installeren. Wilt u bijvoorbeeld de
detector installeren in zone 3 dan drukt u de 3 in op het toetsenbord voordat u stap 5
uitvoert.
Het is aan te raden een lijst te maken van welke detector (zone/afstandbediening) zich waar
bevindt. Achter in de gebruiksaanwijzing vindt u een tabel waarin u dit kunt invullen.
7. Herhaal stap 5 voor elke detector die aangemeld moet worden.
10-9-2008
19
RF Sensors