Probleem
De compressor start niet di‐
rect nadat u op 'Frostmatic'
indrukt of de temperatuurin‐
stelling hebt veranderd.
De deur is niet goed gemon‐
teerd of dekt het ventilatier‐
ooster af.
Deur gaat moeilijk open.
De verlichting werkt niet.
Er is te veel bevroren rijp en
ijs.
Er stroomt water over de
achterwand van de koelkast.
Er condenseert teveel water
op de achterwand van de
koelkast.
Mogelijke oorzaak
De functie Frostmatic is in‐
geschakeld.
De compressor start niet di‐
rect.
Het apparaat staat niet wa‐
terpas.
U probeerde de deur direct
nadat u die sloot opnieuw te
openen.
De stand-bystand van de
verlichting is ingeschakeld.
De lamp is defect.
De deur is niet goed geslo‐
ten.
Het deurrubber is vervormd
of vuil.
De voedingsproducten is
niet goed verpakt.
De temperatuur is verkeerd
ingesteld.
Apparaat is volledig geladen
en is ingesteld op de laagste
temperatuur.
De ingestelde temperatuur in
het apparaat is te laag en de
omgevingstemperatuur is te
hoog.
Tijdens automatisch ontdooi‐
en smelt rijp op de achter‐
wand.
De deur werd te vaak geo‐
pend.
De deur is niet volledig ge‐
sloten.
NEDERLANDS
Oplossing
Zie 'Frostmatic functie'.
Dit is normaal en geen sto‐
ring.
Raadpleeg de montage-in‐
structies.
Wacht even met de deur
openen nadat u die hebt ge‐
sloten.
Sluit en open de deur.
Neem contact op met de
dichtstbijzijnde klantenservi‐
ce.
Zie 'De deur sluiten'.
Zie 'De deur sluiten'.
Verpak de voedingsproduc‐
ten beter.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Bedieningspaneel'.
Stel een hogere temperatuur
in. Raadpleeg het hoofdstuk
'Bedieningspaneel'.
Stel een hogere temperatuur
in. Raadpleeg het hoofdstuk
'Bedieningspaneel'.
Dit is normaal.
Open de deur alleen als het
nodig is.
Zorg ervoor dat de deur vol‐
ledig gesloten is.
17