NL
• Indien de aansluiting (E) al op de inlaatopening (F) is bevestigd, doet u er enkele druppels olie (D) op (E).
• Kies de juiste dop (C) van de kit naar behoefte en breng deze aan op het aambeeld (A).
• Sluit de luchttoevoerslang aan op E.
• Plaats de dop over de moer die moet worden verwijderd of aangebracht.
• Draai de F/R-knop (G) naar de stand "F"of "R" (F= Vooruit/Forward of R=Achteruit/Reverse).
• Stel de regelknop H af om de snelheid van de luchtstroom te regelen.
• Druk de trekker (B) in om het gereedschap te gebruiken.
Doe enkele druppels olie (D) in de luchtinlaatopening (F) van het pneumatische gereedschap voordat u het apparaat
gebruikt.
Indien de aansluiting (E) al op de inlaatopening (F) is bevestigd, doet u er enkele druppels olie (D) op (E).
Kies de juiste dop (C) van de kit naar behoefte en breng deze aan op het aambeeld (A).
Sluit de luchttoevoerslang aan op E.
Draai de F/R-knop (G) linksom naar de stand "F" (F=Vooruit/Forward, of vastdraaien).
Draai de F/R-knop (G) rechtsom naar de stand "R" (R=Achteruit/Reverse, of losdraaien).
Druk de trekker (B) in om het gereedschap te gebruiken.
De vingers van de gebruiker mogen niet in de buurt zijn van de slijpstenen terwijl de machine aan een spanningsbron
wordt aangesloten.
Wanneer de slijpsteen geen contact maakt met het oppervlak, laat de trekker dan los om de as tot stilstand te brengen.
De as komt niet meteen tot stilstand.
Koppel de luchttoevoer los van het gereedschap.
Controleer dat de boorkop niet beschadigd is en vrij is van vuil.
Stop het juiste gereedschap erin op basis van de diameter van de boorkop en vergrendel het met behulp van de
steeksleutel.
Zorg ervoor dat de as correct is gemonteerd en vergrendeld
Sluit de luchttoevoer aan op het gereedschap.
Duw de trekker een paar seconden in en controleer of de schijf draait zonder vreemde trillingen. Mocht dit toch het
geval zijn, gebruik het gereedschap dan niet
Het is raadzaam het gereedschap te smeren vóór elk gebruik.
Sluit de lucht aan met behulp van de snelkoppeling.
Stel de bedrijfsdruk af zodat deze binnen het bedrijfsdrukbereik blijft dat voor het gereedschap is aangegeven.
Controleer of de slijpsteen het materiaal op een correcte manier van het werkstuk verwijdert. Duw de steen niet te
hard op het werkoppervlak om te grote slijtage of gevaarlijke schade te vermijden.
Vervang het gereedschap wanneer het niet langer efficiënt is of wanneer de schijf versleten is om de gevaarlijke
situatie waarbij de schijf breekt te vermijden.
Koppel de luchttoevoer los tijdens onderhoud aan het gereedschap.
Reinig en droog regelmatig het filter in het systeem en in de luchtinlaatopening van het pneumatische gereedschap.
Smeer alle snelkoppelingen op het systeem om vastlopen te voorkomen.
Tap dagelijks condenswater af uit het luchtfilter en uit de compressor.
Reinig en smeer het gereedschap na elk gebruik om roestvorming te voorkomen en slijtage tot een minimum te
beperken.
Controleer het gereedschap regelmatig op losse bouten/schroeven of onderdelen.
GEBRUIK VAN DE RATELSLEUTEL
GEBRUIK VAN DE SLIJPMACHINE
ONDERHOUD
93