Voor de eerste start:
De accu van dit
WIKINGCONTROL87
model is in het voertuig geïntegreerd en
kan er niet worden uitgehaald.
Als het model niet gebruikt wordt, dient de
aan/uitschakelaar op „OFF" te worden
gezet.
laden van de accu
1) Aan/uitschakelaar van het model op
„OFF" zetten.
2) Netadapter in het stopcontact steken. Een
groen oplichtend ledje geeft aan dat de net
adapter correct functioneert en de accu
gereed is om te worden opgeladen.
3) Het stekkertje aan het kabeluiteinde van
de netadapter in de daarvoor bestemde aans
luitbus aan de onderzijde van het WIKING
CONTROL87
model steken.
4) Het ledje op de netadapter licht nu rood
op. De accu wordt geladen.
5) Het laadproces is gereed zodra het ledje
op de adapter weer continu groen brandt.
6) Het stekkertje aan het kabeluiteinde van
de netadapter voorzichtig uit de aansluitbus
van het model trekken.
7) Netadapter uit het stopcontact nemen.
Opmerking: na ca. 500 oplaadcycli zal de
capaciteit van de accu's met ca. 20 % zijn
verminderd.
Zodra het model bij gebruik met een interval
van 2seconden 5 maal snel na elkaar knip
pert, kan nog maximaal 3 minuten worden
doorgereden. Daarna is de accu leeg en moet
hij worden opgeladen.
De systeemstart
Bij de
WIKINGCONTROL87
techniek die in deze modellen wordt
gebruikt, wordt de verbinding automatisch
opgezet. Het kiezen van een kanaal, zoals bij
verschillende andere producten, is niet meer
nodig. De afstandsbediening en het model
worden automatisch verbonden en functio
neren storingsvrij in combinatie met andere
WIKING modellen in dezelfde ruimte of
met andere zendsystemen (bijvoorbeeld
WLAN of Bluetooth).
Voor een beter overzicht en eenvoudiger
bediening worden de huidige en toekomsti
ge modellen in drie verschillende niveaus
ingedeeld.
Niveau A:
Trekkende voertuigen / machines
Niveau B:
Aanhangers / opleggers / apparatuur
Niveau C:
Stationaire installaties
Op de afstandsbediening geven LED jes
deze drie niveaus, A, B en C genoemd, aan.
Zodra de afstandsbediening en het model
met elkaar zijn verbonden, wordt het model
voor de duur van de speelperiode in het
overeenkomstige niveau in het geheugen
van de afstandsbediening opgeslagen.
De desbetreffende toets brandt continu.
Deze toewijzing wordt bij iedere systeem
start aan het begin van een nieuwe speelpe
riode uitgevoerd en maakt het mogelijk
onderscheid te maken of de gebruiker met
het model/de modellen alleen speelt of dat er
meerdere personen tegelijkertijd met meer
dere modellen rijden.
Als u alleen met een of meerdere modellen
speelt, volg dan de aanwijzingen in rubriek
a).
Als u met meerdere personen tegelijkertijd
meerdere modellen bedient, volg dan de
aanwijzingen in rubriek b).
a) Een speler – een model
Het model inschakelen door de aan/uitscha
kelaar op „ON" te zetten. De verlichting van
het model knippert en geeft zo aan dat het
model gereed is voor gebruik.
De afstandsbediening wordt ingeschakeld
door op het
gaat nu rood branden, de afstandsbediening
is gereed voor gebruik.
OPMERKING:
model inschakelen en vervolgens
afstandsbediening, dient absoluut te worden
aangehouden.
Nu wordt de verbinding tussen model en
afstandsbediening tot stand gebracht. Dit
proces kan tot vijf (5) seconden duren.
De verbinding tussen afstandsbediening en
radiografische
model is gerealiseerd zodra de knop niveau
A (trekkend voertuig) alsmede de verlich
ting aan de voor en achterzijde continu
branden. Het model is in het geheugen van
de afstandsbediening opgeslagen; er kan nu
mee worden gereden. Tijdens deze speelpe
riode kan het model alleen met deze
afstandsbediening worden bestuurd.
Het spel kan beginnen.
b) Meerdere spelers – meerdere modellen
Voordat met een speelperiode met meerdere
spelers met meerdere modellen kan worden
begonnen, moeten de systemen van iedere
deelnemer worden opgestart. Om er voor te
zorgen dat de afstandsbedieningen alleen de
modellen van de betreffende deelnemers
vinden, dient iedere deelnemer apart en na
31
logo te drukken. Het logo
De volgorde, eerst het
de