2.1 Algemene veiligheid
Belangrijk!
• Gebruik het apparaat uitsluitend conform
het gebruiksdoeleinde vermeld in deze
gebruiksaanwijzing.
• Het gebruik van het apparaat voor afwij-
kende toepassingen, waarvan men kan
verwachten dat het apparaat deze niet
kan uitvoeren, kan leiden tot zéér
gevaarlijke situaties.
• Na uitschakeling van het apparaat nooit
het mes tot stilstand brengen door er aan
de zijkant iets tegenaan te drukken.
• Neem bij het monteren / gebruiken van
accessoires altijd de instructies van de
desbetreffende fabrikant in acht.
• Schakel het apparaat onmiddellijk uit
wanneer deze ongebruikelijk trilt en
controleer het apparaat om te achterhalen
wat de oorzaak is.
• Houd het apparaat altijd op een veilige
afstand van je lichaam.
Wees steeds opmerkzaam
• Houd je ogen steeds op het werk gericht.
• Ga met verstand te werk.
• Gebruik het apparaat niet als je niet
geconcentreerd genoeg bent.
Trek de stekker uit de wandcontactdoos
• Als het apparaat niet in gebruik is.
• Tijdens onderhoud.
• Tijdens het verwisselen van accessoires.
• Wanneer je per ongeluk het snoer of het
verlengsnoer hebt doorgesnoeid. Raak de
beschadigde stroomkabel niet aan!
• In geval van een elektrische of mechani-
sche storing.
Voorkom het per ongeluk inschakelen
• Draag een op het lichtnet aangesloten
apparaat nooit met de vinger aan de
schakelaar.
• Zorg ervoor dat, bij het aansluiten op het
lichtnet, de schakelaar in de uitstand staat.
• Gebruik nooit de stekker voor het in- en
uitschakelen van het apparaat. Vergeet
ook niet bij stroomuitval de schakelaar in
de uitstand te zetten.
NL - Originele gebruiksaanwijzing
2.2 Veiligheid van personen
Houd andere personen uit de buurt
• Laat kinderen of andere personen niet
aan het apparaat of aan het snoer komen;
houd hen weg van het werkgebied.
• Kinderen onder de 16 jaar en mensen
met een lichamelijke of verstandelijke be-
perking die niet in staat zijn het apparaat te
hanteren zoals in de gebruiksaanwijzing
is omschreven, mogen dit apparaat niet
gebruiken.
• Personen die onder invloed zijn van
alcohol of andere verdovende middelen
mogen dit apparaat niet gebruiken.
Zorg voor een veilige werkhouding
• Vermijd een abnormale lichaamshouding
en zorg voor een stabiel evenwicht.
• Voorkom gehoorbeschadiging door
gehoorbescherming te dragen, indien
het geluidsdrukniveau op de werkplek de
85 dB(A) overschrijdt.
• Wanneer je een hulpmiddel zoals een lad-
der gebruikt om hoger te kunnen werken,
zorg dan dat het stevig staat en niet om
kan vallen.
Draag geschikte werkkleding
• Draag geen slobberende kleding of
sieraden en bind lang haar in een staart;
deze kunnen door de bewegende delen
gegrepen worden.
• Draag altijd een veiligheidsbril, werk-
handschoenen en gehoorbescherming.
• Draag altijd een veiligheidsbril, een (lees)
bril of een zonnebril is geen veiligheidsbril.
• Bij het werken in de open lucht zijn vei-
ligheidschoenen of rubberen schoenen
met profielzolen aan te bevelen.
2.3 Veiligheid op de werkplek
Werkonderbreking
• Voordat je het apparaat opbergt, moet de
motor uitgeschakeld zijn en moeten de
bewegende delen helemaal tot stilstand
zijn gekomen.
4