Reiniging En Onderhoud - UNIPRODO UNI HEATER 03 Manuel D'utilisation

NL
Bericht D1 D2 D3
Weekdag Maandag Dinsdag Woensdag
Bericht D4 D5 D6 D7
Weekdag Donderdag Vrijdag Zaterdag Zondag
d) Druk op de afstandsbediening op de knop voor
dagtijdinstelling (10), het display toont 'P1'. Druk
herhaaldelijk op dezelfde knop om een van de zes
dagtijden (P1-P6) te kiezen met een instelling van
een tijd en temperatuur.
e) Druk op de afstandsbediening op de knop voor
inschakelingstijd (9), het display toont '00'. Door
nogmaals op dezelfde knop te drukken, wordt de
starttijd van het apparaat met een uur verlengd,
enz. volgens dit schema - u kunt het tijdbereik
kiezen van 00 tot 24 uur. Onderstaande afbeelding
toont bijvoorbeeld inschakelen om 7.00 uur:
f) Druk op de afstandsbediening op de knop voor het
instellen van de uitschakeltijd (11), het apparaat
toont de standaard inschakeltijd op het display.
De uitschakeltijd wordt op dezelfde manier
ingesteld als het instellen van de inschakeltijd
(tijdbereik ligt tussen 00 en 24), met het verschil
dat de specifieke tijd wordt geselecteerd met de
uitschakeltijdknop (11) op de afstandsbediening.
LET OP: het tijdstip van automatisch uitschakelen
van het apparaat kan niet vroeger zijn dan het
tijdstip van inschakelen! Als de ingestelde tijden
hetzelfde zijn, gaat het apparaat in standbymodus
– ja.
g) Stel de gewenste temperatuur in met de knoppen
om waarden te verlagen en te verhogen (5)
(binnen het bereik 10-49 oC).
h) De waarden voor elke weekdag worden ingesteld
door de stappen c) -g) te herhalen.
i) Druk op de afstandsbediening op de 'OK'-
bevestigingsknop (5) om het programmeren te
beëindigen.
58
LET OP: druk op de afstandsbediening op de knop
voor de weekdaginstelling (7) om de instellingen
voor een bepaalde dag in te voeren, gevolgd
de programmabewerkingsknop (10) om de
automatische starttijd te controleren, nogmaals
voor de de automatische stoptijd.
j) Druk op de afstandsbediening op de 'P'-knop (8)
om de weekprogrammamodus te annuleren.
3.3.7. IN-/UITSCHAKELEN OPENRAAMDETECTIE
Druk na het inschakelen van het apparaat
op de afstandsbediening op de knop voor de
openraamdetectiefunctie (6) met de ON/OFF-knop (op
het bedieningspaneel 4 of op de afstandsbediening 1).
Controlelampjes (7) en (9) op het display van het apparaat
lichten op. Display toont de standaardtemperatuur –
'23'. De temperatuur wordt gewijzigd met de knoppen
voor verlagen/verhogen van de waarde (5). Wanneer
het apparaat een daling van de ruimtetemperatuur
detecteert, stopt deze met werken. Druk op de ON/
OFF-knop om apparaat opnieuw in te schakelen (op het
bedieningspaneel 4 of op de afstandsbediening 1). Door
nogmaals op de knop voor de openraamdetectie (6) te
drukken wordt deze gedeactiveerd - het controlelampje
op het display (7) gaat uit.
LET OP: als het weekprogramma en
openraamdetectie buiten de geprogrammeerde
werkuren van het apparaat (standbymodus,) worden
gestart, is ook de openraamdetectie inactief. Tijdens de
geprogrammeerde werkingstijd van het apparaat wordt
de werking bepaald door de temperatuurinstelling van
de openraamdetectie. Voordat het weekprogramma
wordt gestart, moeten de dag van de week en de
tijd van de dag worden ingesteld - anders is de
standaardinstelling „00", waardoor het apparaat niet
werkt.

3.4. REINIGING EN ONDERHOUD

a) Trek vóór elke reiniging, aanpassing of vervanging
van accessoires, ook wanneer het apparaat niet
in gebruik is, de stekker uit het stopcontact en
laat het apparaat volledig afkoelen. Wacht tot de
roterende elementen stoppen.
b) Voor reiniging van het oppervlak mogen alleen
niet-corrosieve middelen worden gebruikt.
c) Bewaar het apparaat op een koele en droge
plaats, beschermd tegen vocht en direct zonlicht.
d) Het is niet toegestaan het apparaat met een straal
water te besproeien of het apparaat in water
onder te dompelen.
e) Zorg ervoor dat er geen water door de
ventilatieopeningen in de behuizing
binnendringen.
f) De ventilatieopeningen dienen te worden
gereinigd met een borstel en perslucht.
g) Het apparaat dient regelmatig worden
gecontroleerd op technische operatie
eventuele schade.
h) de batterijen uit het apparaat indien deze voor
langere tijd niet wordt gebruikt.
i) Gebruik voor reinigen een zachte, vochtige doek.
j) Gebruik voor reinigen geen scherpe en/of
metalen attributen (bijv. metalen borstels of
metalen spatels) omdat dit de buitenkant van het
materiaal kan beschadigen.
k) Gebruik voor reiniging geen zuurhoudende
substanties, medische middelen, verdunners,
brandstoffen, olie
substanties die het product kunnen beschadigen.
Aanwijzingen voor het veilig verwijderen van accu's en
batterijen. Het apparaat werkt op CR 2025 3V-batterijen.
Lege batterijen worden op dezelfde manier uit apparaat
verwijderd als dat ze worden geïnstalleerd. Retourneer
de batterij naar de faciliteit die verantwoordelijk is voor
de verwijdering van deze materialen.
VERWIJDERING VAN GEBRUIKTE APPARATEN.
Aan het einde van de levensduur mag dit product niet
worden weggegooid met het normale huisvuil, maar
moet het worden ingeleverd bij een inzamelpunt
voor het recyclen van elektrische en elektronische
apparaten. Dit wordt aangegeven door een symbool
op het product, de handleiding of de verpakking. De
materialen die in het apparaat worden gebruikt kunnen
worden hergebruikt in overeenstemming met hun
markering. Dankzij hergebruik, gebruik van materialen
of andere vormen van gebruik van gebruikte apparaten
levert u een belangrijke bijdrage aan de bescherming
van ons milieu. De plaatselijke overheid verschaft
de
informatie over het juiste punt voor de verwijdering van
gebruikte apparaten.
kan
en
59 NL
of andere chemische