schakelen of de zekering los te draaien. Beveilig
deze tegen onbedoeld hernieuwd inschakelen,
bijv. met een waarschuwingsbordje.
Controleer voorafgaand aan de montage de
netspanningskabel met een geschikt meetappa-
raat op spanningsvrijheid.
Verwijder de afdekking van het stopcontact
6
en het afdekframe
van de montageplaat
.
5
2
Verbind de netspanningskabel (doorsnede 2,5 mm )
met de klemaansluitingen (zie afb. B).
Isoleer de kabel hiervoor over een lengte van
ongeveer 10 mm.
Draai de schroef van de klemaansluiting los en
trek de kabel eruit om deze te verwijderen.
Bevestig de montageplaat
op het gebruikte
2
verzonken of zichtbare stopcontact met 2 geschikte
schroeven of klem deze met de ingebouwde
NL/BE
49