NL
■
Gebruik geen bijkomende accessoires. Gebruik alleen de meegeleverde onderde-
len van de producent.
■
Gebruik het apparaat nooit zonder levensmiddelen. Dit kan leiden tot oververhitting
en schade aan de motor.
■
Giet niet teveel levensmiddelen in de roerkom of mengkom. Dit kan leiden tot over-
verhitting en schade aan de motor.
■
Vul het apparaat nooit met hete levensmiddelen of vloeistoffen! De inhoud mag niet war-
mer zijn dan 50 °C. Laat hete levensmiddelen afkoelen, alvorens ze verder te verwerken
met het apparaat.
■
Het apparaat mag in ingeschakelde toestand niet worden bewogen of getranspor-
teerd. Trek steeds de stekker uit het stopcontact en laat de motor volledig tot stil-
stand komen, alvorens het apparaat te bewegen.
■
Bewaar voldoende afstand tot warmtebronnen zoals kookplaten of ovens, om scha-
de aan het apparaat te vermijden. Plaats geen open vuur, bijv. brandende kaarsen,
in de directe buurt van het apparaat, de kabel en stekker.
■
Laat het apparaat niet vallen en stel het niet bloot aan hevige schokken.
■
Trek of draag het apparaat niet aan het snoer.
■
Stel het apparaat niet bloot aan extreme temperaturen, hevige temperatuurschom-
melingen, vochtigheid, water of directe zonnestralen.
■
Gebruik voor de reiniging van het apparaat geen bijtende of schurende reinigings-
middelen. Daardoor kan de bovenlaag worden beschadigd.
Tips voor de hygiëne
■
Op het apparaat kunnen eventuele productieresten zijn achtergebleven. Om schade
aan de gezondheid te vermijden, dient u het apparaat voor het eerste gebruik (zie
hoofdstuk "Reiniging en onderhoud") te reinigen.
■
Houd het apparaat schoon.
32