KENMERKEN EN BESCHRIJVING VAN DE ONDERDELEN
Besturingskast voor het besturen en regelen van 1 of 2 motoren (230V) voor poortopeners, met de volgende belangrijkste
functies en kenmerken:
- uitgangen 230V motor met KOPPELBEGRENZING, VERTRAGING en SOFT-START.
- DUBBELE INGANG voor de directe controle van VEILIGHEIDSCONTACTLIJSTEN (8,2K)
- veelzijdig qua controle en begrenzing van de poortvleugelbeweging door middel van ENCODER- of TIJDGESCHAKELDE
SENSOREN
- GEAVANCEERDE PROGRAMMERING EN DIAGNOSE via de nieuwe PRG-Link (optioneel)
- netfilter en ingangen met optische isolatie voor BESCHERMING TEGEN STORINGEN
- makkelijke UITSCHAKELING VAN NIET-GEBRUIKTE (VEILIGHEIDS) INGANGEN
Beschrijving van de onderdelen (afb. A)
1. klemmenbord ingang 230V voeding
2. 5A zekering voor bescherming 230V lijn
3. klemmenbord 230V uitgangen voor zwaailicht en
poortverlichting
4. klemmenbord 230V uitgang voor motor M1
5. klemmenbord 230V uitgang voor motor M2
6. klemmenbord ingang ENCODER M1
7. klemmenbord ingang ENCODER M2
8. klemmenbord uitgang contact Us1
9. jumper voor permanente voeding fotocellen
10. klemmenbord uitgangen 12/24V hulpsystemen
11. aansluitklem ingang antenne ontvanger Oc2
12. stekkerverbinding voor ontvanger Oc2
13. stekkerverbinding voor toetsenbord TAST 3F
14. aansluitklemmen voor reset procedures bezig
15. drukknop voor PROGRAMMEREN en STOP
16. drukknop P3
VOORBEREIDENDE CONTROLES EN BELANGRIJKE AANWIJZINGEN M.B.T.
DE INSTALLATIE
Alvorens de installatie uit te gaan voeren, wordt aangeraden het volgende te controleren:
1. of de bestaande structuren (zuilen, scharnieren, poortvleugels) stevig genoeg zijn voor de door de motor ontwikkelde krachten;
2. of er voldoende robuuste mechanische eindaanslagen op de openings- en sluitpunten van de poortvleugels zijn geïnstalleerd;
3. of er niet te veel wrijving of speling is in de systemen van de wielen/rail onder en de rollen/geleider boven;
4. of het eventuele handbediende slot gedeactiveerd is;
5. hoe de toestand van eventuele reeds in de installatie aanwezige elektrische kabels is.
Belangrijke waarschuwingen:
1. De installatie van de automatisering moet uitgevoerd worden volgens de "regels van goed vakmanschap" door vakbekwaam
personeel dat aan de wettelijke eisen voldoet waarbij de Machinerichtlijn 98/37/EG en de normen EN13241-1, EN 12453 en EN
12445 in acht genomen moeten worden.
2. Er dient een risico-analyse van de automatisering gemaakt te worden en op grond hiervan moet voor de nodige beveiligingen en
signaleringen gezorgd worden.
3. De bedieningsinrichtingen (bijvoorbeeld de sleutelschakelaar) dient zodanig geïnstalleerd te worden dat de gebruiker zich niet in
een gevarenzone bevindt.
4. Op de automatisering dient het etiket of het CE-plaatje met informatie over de gevaren en de identificatiegegevens aangebracht te
worden.
5. De gebruiksaanwijzing, de veiligheidsvoorschriften en de EG-verklaring van overeenstemming dient aan de eindgebruiker
overhandigd te worden.
6. Er dient nagegaan te worden of de gebruiker goed heeft begrepen hoe de correcte werking van de automatisering in de
automatische modus, de handbediende modus en bij noodgevallen is.
7. Na afloop van de installatie dienen de veiligheidsinrichtingen, de signaleringen en de ontgrendelingssystemen van de
automatisering meerdere malen getest te worden.
8. De gebruiker dient schriftelijk (bijvoorbeeld in de gebruiksaanwijzing) op de hoogte gesteld te worden van:
a. De eventuele aanwezigheid van restrisico's die niet beveiligd kunnen worden en voorzienbaar oneigenlijk gebruik.
b. De noodzaak om de stroomtoevoer uit te schakelen alvorens de vleugel te deblokkeren of bij het uitvoeren van klein onderhoud
of reinigingswerkzaamheden in de buurt van de automatisering.
c. De noodzaak om vaak te controleren of er geen zichtbare schade aan de automatisering is en in het geval er schade wordt
vastgesteld, onmiddellijk de installateur te waarschuwen.
d. Het feit dat het verboden is kinderen in de onmiddellijke nabijheid van de automatisering te laten spelen.
e. Het feit dat radiobedieningen en andere bedieningsinrichtingen buiten bereik van kinderen dienen te worden gehouden.
9. Er dient een onderhoudsschema voor de installatie opgesteld te worden (minstens eens per 6 maanden) en de
uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden dienen in een speciaal register genoteerd te worden.
17. drukknop (P/P) voor stap-voor-stap bedrijf
18. programmeerled
19. dipschakelaar keuze opties besturingskast
20. klemmenbord ingangen beveiligingen en besturingen
21. trimmer voor regeling maximum koppel motoren
22. led status ingangen beveiligingen en besturingen
23. dipschakelaar voor uitschakeling (niet-gebruikte)
veiligheidsingangen
24. Aansluiting PRG-Link programmeersysteem
25. 2A zekering voor bescherming 12/24V hulpsystemen
26. stekkerverbinding voor aansluiting secundaire
systemen externe transformator
27. stekkerverbinding voor aansluiting primaire (230V)
systemen externe transformator
28. externe voedingstransformator
29. besturingskaart besturingskast T600
30. PRG-Link (optioneel)
31. ontvanger OC2 (optioneel)
32. zelfklevend toetsenbord TAST 3F (optioneel).
NL
66