Installatie
Let op:
Dit product moet worden geïnstalleerd en
onderhouden door geautoriseerd personeel volgens de
nationale installatievereisten en eventuele andere
toepasselijke regelgeving.
Adressen toewijzen
Stel vóór de installatie het apparaatadres in met behulp van de
DIP-schakelaar aan de achterkant van het voorpaneel (zie
afbeelding 2).
Het adresbereik is 001-128. Zie de tabel op de laatste pagina
van deze publicatie voor DIP-schakelaarposities voor elk
adres.
Opmerking:
Als u het apparaatadres na installatie wijzigt,
moet u het apparaat gedurende ten minste één seconde
loskoppelen van het lusvermogen en vervolgens opnieuw
aansluiten om het nieuwe adres te laten herkennen.
Installatie
De handbrandmelder kan op het oppervlak of in een uitsparing
worden gemonteerd.
Bestel voor opbouwmontage één van de in onderstaande tabel
getoonde inbouwdozen.
Model
Beschrijving
N-MC-BB-R
Rode opbouwdoos
N-MC-BB-U
Blauwe opbouwdoos
N-MC-BB-G
Groene opbouwdoos
N-MC-BB-O
Oranje opbouwdoos
N-MC-BB-W
Witte opbouwdoos
N-MC-BB-Y
Gele opbouwdoos
Voor inbouwmontage bestelt u een van de inbouwadapters en
(indien nodig) sierlijsten zoals weergegeven in onderstaande
tabel.
Model
Beschrijving
N-MC-AFM-R
Rode uitsparingsadapter
N-MC-AFMG-R
Rode uitsparingsadapter met vorkgrepen
N-MC-S-R
Rok met rode bies
N-MC-AFM-G
Groene uitsparing adapter
N-MC-S-G
Rok met groene bies
Vergeet niet de beschermende stofkap te verwijderen na
inbedrijfstelling.
Opmerking:
De stofkap kan ook worden gebruikt om aan te
geven wanneer het apparaat niet operationeel is (bijvoorbeeld
vóór inbedrijfstelling, tijdens onderhoud, wanneer
uitgeschakeld, enz.)
P/N 03-0210-501-0300-03 • ISS 04NOV22
De handbrandmelder op het oppervlak monteren:
1.
Bevestig de opbouwdoos op de muur met behulp van 4 ×
M4-schroeven (niet meegeleverd) en voer de luskabel
door de geselecteerde uitbreekplaatjes voor kabels.
Afhankelijk van uw installatievereisten kan de
opbouwdoos worden geïnstalleerd met twee
uitbreekplaatjes voor kabels aan de bovenkant en één aan
de onderkant of met één uitbreekplaatje voor kabels aan
de bovenkant en twee aan de onderkant.
Zie afbeelding 1 voor de locatie van de montagegaten.
2.
Sluit de luskabel aan op het meegeleverde aansluitblok en
sluit vervolgens het aansluitblok aan op de PCB-
aansluiting aan de achterkant van de voorzijde (zie
afbeelding 2).
Gebruik de meegeleverde kabelverbinding om de
kabeldoorgang te testen voordat het aansluitblok wordt
aangesloten op de PCB-aansluiting aan de achterkant van
het voorpaneel.
Raadpleeg "Bedrading" hieronder voor specificaties van
de aansluitingen van het aansluitblok en de luskabel.
3.
Ontgrendel en verwijder de voorkant en verwijder
vervolgens het opnieuw instelbare element.
Om de voorkant te ontgrendelen, draait u de sleutel
rechtsom (twee keer klikken) en trekt u de kap vervolgens
van onder uit naar buiten om deze te verwijderen (zie
afbeelding 3 en afbeelding 4).
Om het opnieuw instelbare element te verwijderen, duwt u
het element omhoog en trekt u het eruit (zie afbeelding 5).
4.
Bevestig de voorste eenheid op de opbouwdoos met
behulp van de 2 schroeven die bij de eenheid zijn
meegeleverd (in de opbouwdoos).
5.
Vervang het opnieuw instelbare element (of voeg het
element dat kan breken toe, indien nodig) en vervang
vervolgens de voorkant (zie afbeelding 6).
Draai de sleutel linksom (twee keer klikken) om de
voorkant te vergrendelen en verwijder vervolgens de
sleutel.
Test tot slot de handbrandmelder (zie "Testen" op pagina 18 ).
17 / 26