7. De motor stoppen
1. Breng de gashendel naar de stand "LOW" en laat de motor een poosje lopen.
2. Schakel de machine uit met de ontstekingsschakelaar.
3. Draai de brandstofkraan naar de stand "OFF".
Zie figuren 4, 5, 7 op pagina 3.
8. Bedrijf
1.
Draai na het starten van de motor de choke geleidelijk naar rechts.
2.
Pas de hoeveelheid gas aan aan de gewenste snelheid.
Let tijdens het bedrijf op het volgende.
-
-
Het uitlaatgas mag niet zwart zijn. Als het uitlaatgas zwart is, is de belasting te
hoog of is de motor niet goed afgesteld.
-
Ongewone geluiden en vibraties.
-
Als dit het geval is, schakel de motor dan uit en stel deze opnieuw af. Neem
contact op met uw Power Line-dealer
Choke, Gesloten, Laag, Ontstekingsschakelaar
9. Bougie
Verwijder de bougiedop.
-
Verwijder vuil op de bougiedop met een borstel.
-
Gebruik een bougiesleutel om de bougie los te draaien.
-
Controleer of de isolatie intact is.
-
Reinig de bougie met een staalborstel.
-
-
Meet de afstand van de elektrode zonder deze te beschadigen.
De afstand moet 0,7 – 0,8 mm bedragen
-
-
Als de bougie nog goed werkt, plaats deze dan terug.
-
Plaats de bougiedop terug.
All manuals and user guides at all-guides.com
PROCEDURE
BEDRIJF
OPMERKINGEN
PROCEDURE
47