Definitie van de meetcategorieën:
Meetcategorie II: Metingen aan stroomkringen die elektrisch via
stekkers direct met het laagspanningsnet verbonden zijn.
Typische kortsluitstroom < 10 kA
Meetcategorie III: Metingen binnen de gebouwinstallatie
(stationaire verbruikers met niet-steekbare aansluiting,
aansluiting van verdelers, vast ingebouwde apparaten in de
verdeler). Typische kortsluitstroom < 50 kA
Meetcategorie IV: Metingen aan de bron van de
laagspanningsinstallatie (meter, hoofdaansluiting, primaire
overstroombeveiliging). Typische kortsluitstroom >> 50 kA
Test het apparaat zowel vóór als na gebruik aan een bekende,
binnen het nominale bereik van het apparaat liggende
spanningsbron om de juiste werking van het apparaat te
waarborgen.
Lees vóór gebruik deze gebruiksaanwijzing. Als het apparaat
niet volgens de aanwijzingen van de fabrikant wordt gebruikt,
kan de door het apparaat gerealiseerde beveiliging nadelig
worden beïnvloed.
Bij een combinatie van meetsonde en toebehoren moet de
laagste van de beide meetcategorieën van meetsonde en
toebehoren worden gebruikt.
Tenzij door de fabrikant of diens vertegenwoordiging
uitdrukkelijk toegestaan, mogen onderdelen van het apparaat
en van het toebehoren niet worden gewijzigd of vervangen
Gebruik voor reiniging van het apparaat een droge doek.
61