Gebruiksaanwijzing
WAARSCHUWING!
en bij het verstellen van de rugleuning bestaat klemgevaar. Bij onopletten-
dheid kan dit tot letsel leiden. Zorg ervoor dat uw kind zich op een veilige
afstand bevindt.
De wagen uitklappen
Til de duwbeugel 1 omhoog totdat de vergrendeling van de duwbeugel 2
vastklikt aan beide zijden.
WAARSCHUWING!
gen vastgeklikt zijn. Zorg ervoor dat uw kind op een veilige afstand blijft.
De wagen inklappen
Draai de draaigreep 3 naar binnen en schuif de telescopische duwbeugel
tegelijkertijd helemaal in. Houd de handgreep 3 gedraaid, druk vervolgens
op de rode drukknop 21a en schuif de duwbeugel 21 verder door met
kracht totdat hij losklikt.
Telescopische duwbeugel in hoogte verstelbaar
Voor het verstellen draait u de draaigreep 3 naar binnen en trekt u de duw-
beugel 1 in de gewenste positie totdat hij vastklikt aan beide zijden.
De achterwielen afnemen
Los de parkeerrem 7. Druk op de drukknop 4 en neem het wieltje eraf.
Steek het wieltje helemaal op de as. Zorg ervoor dat alle wielen goed vast-
geklikt zijn. Druk vervolgens de drukknop weer in.
Vastzetbare zwenkwielen
Voor het vastzetten van de zwenkwielen klapt u de arrêteerhendel 5
omlaag, de wielen worden vanzelf aan beide zijden gearrêteerd van
zodra zij in rijrichting staan. Om ze te lossen zet u de arrêteerhendel 5
in horizontale positie. Op uiterst oneffen oppervlakken en bij zeer snelle
voortbeweging raden wij aan de wielen vast te zetten om een blokkering te
voorkomen.
Het afnemen van de zwenkwielen
Om ze af te nemen, drukt u op de drukknop in het midden van de kap 6 en
trekt u het wiel uit de arrêtering. Om het wiel vast te maken, steekt u het
met de bevestigingsbout in de arrêtering en drukt u krachtig totdat deze
hoorbaar vastklikt.
Parkeerrem
Door het indrukken van de rode remknop 7 klikt u de rem vast. Als u de
wagen ergens neerzet, moet u even tegen de wagen aan duwen om te
controleren of hij goed vast staat. Door het indrukken van de groene rem-
knop 7 lost u de rem.
WAARSCHUWING!
voordat u uw kind in de wagen zet of uit de wagen neemt.
Instelbare slingervering
Door aan de instelgreep 8 te draaien, kunt u de wagen instellen op een
zachte of een sportieve vering.
Veiligheidsgordel
WAARSCHUWING!
Maak uw kind vast met de 5 puntsgordel 14.
Let erop dat de schoudergordels D ingestoken zijn en de gordel goed aans-
luit. De lengte van de riemen kunt u met de schuifgespen F instellen, de
lengte van de kruisgordel G kunt u met de snelsluiting H aanpassen.
Openen van de gordel: Druk de beide lippen B met duim en wijsvinger
samen en druk vervolgens op de rode knoppen A. Dan kunt u beide ste-
kers E naar boven uittrekken. Om de schoudergordels los te maken, drukt
u op de knop C.
20
Bij het openen en opvouwen van het onderstel
Controleer vóór gebruik of alle vergrendelin-
Zorg ervoor dat de rem altijd vastgezet is
21a
6
5
7
8
F
14
C
A
B
D
E
F
G
H