Indien een mankement geconstateerd wordt,
of bij twijfel hierover, dient u ten alle tijden
contact op te nemen met de leverancier of
XSPlatforms.
LeT OP
Indien een val gestopt is met een
valbeveiligingssysteem, dan die-
nen alle onderdelen hiervan voor
verder gebruik te worden afge-
keurd en met de mededeling dat
het systeem een daadwerkelijke
val heeft opgevangen, bij de leve-
rancier of fabrikant ter inspectie te
worden aangeboden.
Let op:
Het is ten strengste verboden zelf reparaties
aan een valstopapparaat uit te voeren!
Lees altijd eerst de gebruiksaanwijzing alvo-
rens het product te gaan gebruiken!
4. Ingebruikname
Ingebruikname van het valstopapparaat vol-
gens EN 360:
•
Denk vóór en tijdens gebruik van het
valstopapparaat na hoe na een eventueel
ongeval veilig en efficiënt hulp kan wor-
den geboden.
•
Lees altijd de markeringen op het val-
stopapparaat en zie voor uitleg hoofdstuk
9 "Markeringen op het automatisch
valstopapparaat" .
•
Gebruik geen handgrepen e.d. voor
verankeringsdoeleinden van het valstop-
apparaat.
•
Indien het valstopapparaat gebruikt wordt
als deel van een anti-val beveiligingssys-
teem dan dient de gebruiker uitgerust te
zijn met middelen die de maximum dyna-
mische kracht op het lichaam beperken
tot maximaal 6 kN bij een eventuele val.
In dit geval kan een valdemper gemon-
teerd worden.
•
Niet gebruiken bij temperaturen onder de
-40
C/-40
F en boven 80
o
o
(-40
C/-40
F)<ankerpunt<80
o
o
XStop valstopapparaat
De XStop is leverbaar in diverse uitvoe-
ringen. De uitvoering met band is geschikt voor
verticale toepasiingen. De uitvoeringen met
band zijn:
•
16310 - XStop mini one
•
16315 - XStop mini one XL
•
16320 - XStop mini two
•
16325 - XStop mini two XL
De uitvoering met staalkabel is geschikt voor
horizontale en verticale toepasiingen. De
uitvoeringen met staalkabel zijn:
•
16330 - XStop midi 5
•
16335 - XStop midi 10
•
16340 - XStop maxi 15
•
16345 - XStop maxi 20
•
16350 - XStop maxi 25
5. Instructies
•
Bevestig karabijnhaak 1 aan het ophang-
punt van uw harnas. Karabijnhaak 1 is de
haak aan de zijde van de demper, of de
kabel zijde van het valstopapparaat.
•
Bevestig karabijnhaak 2 aan het bevesti-
gingspunt.
•
Bevestig nooit meer dan 1 karabijnhaak-
aan een ankerpunt, tenzij anders voor
geschreven.
•
Verander de uitrusting niet
6. Materialen
Het valstopapparaat is gemaakt van metaal
en ankerlijnen zijn gemaakt van synthetische
vezels of staal conform de EN 354 sectie 4.2.2
& 4.2.3.
De exact gebruikte materialen staan vermeld
op de markeringen van de uitrusting.
7. Gebruiksbeperkingen
Temperatuur
Gebruik valstopapparaten niet in om-gevingen
met temperaturen boven de 85
Bescherm het indien gebruikt bij lassen, zagen
of andere warmte producerende activiteiten.
Vonken kunnen de structuur van de ankerlijn
aantasten en de sterkte zodoende verlagen.
C/176
F
o
o
C/176
F)
o
o
nL
nL
C (185
F).
o
o
7