Gebruiksgebied
Het product is zowel bedoeld voor gebruik
binnen als buiten. Het product is tevens
waterproef (IPX7).
7–10 km 200–600 m 50–150 m
Batterijen plaatsen en riemclip
bevestigen
1.
Verwijder de riemclip door de kleine tab op
te lichten en tegelijk de clip naar boven te
duwen.
2.
Losraken de schroef.
3.
Plaats de oplaadbare batterijen en denk om
de juiste polariteit.
4.
Plaats het batterijklepje en de riemclip weer
terug.
Opladen
Sluit de netstroomadapter aan op een
stopcontact en op het contact van de
oplaadeenheid. Plaats de handset in de oplader
met de toetsen naar buiten gericht. U kunt de
handset ook opladen door de netstroomadapter
rechtstreeks op het headsetcontact aan te sluiten.
De afgebeelde batterij-indicator
drie segmenten. Naarmate de batterijspanning
vermindert, verdwijnen de segmenten een voor
een.
Als het opladen is voltooid (na circa 10 uur),
wordt de batterij-indicator afgebeeld als
Volledig opgeladen batterijen bieden ongeveer
35 uur standby-tijd of 2 uur gesprekstijd.
De genoemde tijden gelden bij normale
kamertemperatuur.
Let op!
Voor het eerste gebruik moeten de batterijen worden geplaatst en
24 uur worden opgeladen.
De handset aan/uit zetten
Druk op
en houd deze toets een paar
1
seconden ingedrukt om de handset aan of uit te
zetten.
Volumeregeling
Het geluidsvolume regelt u met
standby-modus.
Nederlands
Communiceren
1.
2.
3.
Als de handsets niet met elkaar kunnen communiceren, dan kan
dit zijn omdat verschillende kanalen of overdrachtscodes zijn
gekozen, omdat de batterij leeg raakt of omdat de apparaten zich
te ver van elkaar bevinden.
Headset
Het headsetcontact bevindt zich naast
de antenne. Gebruik de toets
headsetkabel.
Pas bij het installeren van een headset direct het volume aan.
Kanalen kiezen
Alle apparaten die deze frequentie gebruiken,
delen de beschikbare aangewezen kanalen. Kies
een alternatief kanaal als het gekozen kanaal in
gebruik is. Het gekozen kanaal wordt afgebeeld
in de standby-modus.
1.
2.
3.
Overdrachtscode kiezen
bestaat uit
3
Er zijn 38 overdrachtscodes beschikbaar
waarmee ongewenste signalen kunnen worden
weggefilterd. Ongeacht de code die u gebruikt
kunnen uw gesprekken misschien toch worden
afgeluisterd. Om communicatie in beide
.
3
richtingen mogelijk te maken, moet op alle
handsets dezelfde overdrachtscode worden
gebruikt. Om te communiceren met apparaten
waarop geen code kan worden gekozen, voert u
de code 0 in.
1.
2.
3.
/
in de
v
V
Controleer of alle handsets op hetzelfde
kanaal en dezelfde overdrachtscode zijn
ingesteld. Zie onder.
Druk op
(Push To Talk) en houd deze
PTT
knop ingedrukt om te spreken.
Verstuur indien nodig een oproepsignaal
door snel op
te drukken.
Druk op
.
w
Selecteer het gewenste kanaal met
Druk op
.
PTT
Druk twee maal op
w
cijfertjes gaan knipperen.
Scroll naar de gewenste overdrachtscode met
/
.
v
V
Druk op
.
PTT
op de
PTT
/
v
V
, waarna de kleine
.