De modus boorhamer (zie fig. 7 & 8)
Schakel de functieschakelaar (4) in de stand
de achterste functieschakelaar (6) naar links
Selecteer deze modus voor het boren in baksteen,
beton en metselwerk - mag NIET worden gebruikt
met een boorkop adapter.
7
8
VI - Bediening
NL
NL
AANWIJZING: Gebruik absoluut de bijkomende
handgreep (2) om meer controle over het apparaat
te hebben om vermoeidheidsverschijnselen te
vermijden.
WAARSCHUWING! Houd het apparaat altijd met
beide handen goed vast, zodat u de controle niet
verliest!
WAARSCHUWING! Zorg er altijd voor dat u
standvastig staat, houd de boorhamer altijd vast
aan beide handgrepen en bedien de boorhamer niet
boven schouderhoogte, want dan zou u de controle
over het apparaat kunnen verliezen!
WAARSCHUWING!Wees altijd op een
tegendraaimoment voorbereid voor het geval de
boor zou vastklemmen.
1. Boren
a) Stel het werktuig zoals beschreven op de
klopboorfunctie in.
b) Breng een geschikte boor in het SDS PLUS-
systeem in.
c) Sluit het apparaat aan op het stroomnet en
schakel het in.
d) Start de boorprocedure op de gekentekende
48
De hamermodus (zie fig. 9 & 10)
en
Schakel de functieschakelaar (4) in de stand
.
de achterste functieschakelaar (6) naar links
Selecteer deze modus voor licht beitelwerk in
baksteen, beton en metselwerk - mag NIET worden
gebruikt met een boorkop adapter.
9
10
positie.
WAARSCHUWING! Als de boor vastgeraakt is,
schakel het apparaat dan onmiddellijk uit om een
permanente beschadiging van de boormachine te
vermijden.
AANWIJZING: Bij het boren van diepe gaten, moet
u eraan denken om de boor af en toe uit het boorgat
te trekken, nadat u het gat wat aangeboord heeft. Dit
biedt u de mogelijkheid om stof en spaanders uit het
boorgat te verwijderen.
e) Oefen maar weinig druk uit.
f) Houd de boor altijd in een rechte lijn tegenover
het boorgat. Ideaal moet de boor in een
rechte hoek ten opzichte van het werkstuk
binnendringen.
AANWIJZING: Als de hoek tijdens het boren
wijzigt, kan dit ertoe leiden dat de boor doorslipt,
dat het boorgat blokkeert of breekt en in sommige
omstandigheden zelfs verwondingen veroorzaakt.
g) Gebruik altijd de bijkomende handgreep om de
machine te bedienen.
h) Verminder de druk zodra de boor het te boren
werkstuk bijna doorboort.
i) Houd de boren altijd scherp.
2. Hameren / beitelen
en
.
a) Stel het werktuig zoals beschreven op hameren
/ beitelen in.
b) Breng een geschikte beitel in het SDS PLUS-
systeem in.
c) Sluit het apparaat aan op het stroomnet en
schakel het in.
d) Start de beitelprocedure op de gekentekende
positie.
VII - Onderhoud en reparaties
NL
WAARSCHUWING! Let er steeds op
dat het apparaat uitgeschakeld is en dat
de stroomstekker uitgetrokken is, voor u
een toebehorendeel vervangt, instellingen
wijzigt of onderhoudswerken aan het
apparaat uitvoert.
1.Algemene controle
a) Controleer geregeld of de schroeven nog goed
vast zitten. Deze kunnen na verloop van tijd
loskomen.
b) Houd de verluchtingsopeningen van het
werktuig steeds vrij en schoon.
c) Controleer geregeld of er geen stof
of enig vreemd voorwerp door de
verluchtingsopeningen in de buurt van de motor
of rondom de schakelaar binnengedrongen is.
d) Gebruik een zachte borstel voor het
verwijderen van opgehoopt stof. Draag altijd
een veiligheidsbril om uw ogen tijdens de
reinigingswerken te beschermen.
e) Voor het reinigen van de werktuigbehuizing een
zachte, lichtjes bevochtigde doek gebruiken. Het
is ook mogelijk om een zacht reinigingsmiddel
te gebruiken, maar u moet stoffen zoals alcohol,
benzine of andere oplosmiddelen vermijden.
WAARSCHUWING! Het werktuig mag in geen geval
met water in aanraking komen.
WAARSCHUWING! De stroomkabel mag alleen
WAARSCHUWING! Als de beitel vastgeraakt is,
schakel het apparaat dan onmiddellijk uit om een
permanente beschadiging van de beitel of van het
apparaat te vermijden.
e) Gebruik altijd de bijkomende handgreep om de
machine te bedienen.
f) Verminder de druk zodra de beitel het te boren
werkstuk bijna doorboort.
g) Houd de beitel altijd in onberispelijke, scherpe
door de fabrikant, zijn technische klantendienst of
door een ander, toegelaten servicecentrum vervangen
worden, om veiligheidsgevaren te vermijden.
2. Onderhoud van de transmissie
Voer de volgende procedure om de 6 bedrijfsuren uit.
a) Gebruik een schroevendraaier om de vier
schroeven van het transmissiedeksel los te
maken en verwijder het transmissiedeksel.
b) Gebruik een spatel of dergelijke om wat
multifunctioneel vet (niet meegeleverd) in de
transmissiebehuizing aan te brengen. Alle
transmissiecomponenten moeten voldoende
bedekt zijn.
WAARSCHUWING! Let erop dat u geen krassen
maakt op het mechanisme of het op een andere
manier beschadigt.
c) Breng het deksel terug aan en let erop dat het
maar in een richting past.
WAARSCHUWING! Gelieve de transmissie niet
te veel te smeren! De behuizing mag niet volledig
met vet gevuld worden! Als u niet weet hoeveel vet
u moet gebruiken, breng het apparaat dan naar
een servicecentrum in uw buurt.centro assistenza
autorizzato!
NL
49