Aansluiting dient uitsluitend door een erkende vakman te geschieden.
3. Verwijder het deksel van de achterplaat en verwijder de knock-out in de achterplaat.
4. Zet de achterplaat tegen de vlakke ondergrond en markeer 2 gaten en het toegangsgat voor de bedrading.
5. Boor (indien nodig) gaten voor pluggen of gipsplaatankers en plaats deze.
6. Boor een gat voor de lage voltage draden en trek de draden door het toegangsgat van de achterplaat.
7. Bevestig de achterplaat stevig op de muur met de schroeven uit het onderdelen pakket.
OPMERKING: Zorg ervoor dat de achterplaat geheel vlak wordt aangebracht.
8. (ZIE BEDRADING op p. 12). Sluit de draden aan op terminals # 1 en # 2. De draden mogen na aansluiting niet
knellen of worden strakgetrokken.
OPMERKING: De aansluiting moet voldoen aan de algemene voorschriften en de plaatselijke regels.
9. Breng het deksel aan.
10. Doe de steker weer in het stopcontact. Zet de stroom weer aan.
LET OP: Wees met electriciteit alijd voorzichtig.
OPERATIONELE TEST
PARALELLE SCHAKELING
Zet de de EPHUM24-dehumidistat op de hoogste stand. Draai langzaam naar de laagste stand totdat de unit
aanslaat. Herhaal de bovengenoemde stap drie keer, zodat u zeker bent van een goede werking.
Zet de knop van de EPHUM24 -dehimudistat op de gewenste vochtigheidsgraad.
SERIE SCHAKELING
Zet uw apparaat op de hoogte stand. Zet de EPHUM24-dehumidistat op de laagste stand en draai naar de hoogste
stand. Uw apparaat moet niet starten (als het apparaat wel aangaat, dan is de aansluiting niet correct). Draai
vervolgens uw apparaat van de hoogste naar de laagste stand. Het apparaat mag weer niet starten. Zet nu uw
apparaat en de dehumidistat beide op de laagste stand. Het systeem moet nu werken.
Zet uw EPHUM24-dehumidistat op de gewenste vochtigheidsgraad.
Opmerking: Het gebruik van een hygrometer wordt aanbevolen om relatieve vochtigheid te bepalen.
NL
11