Controles voor het eerste gebruik
○
Controleer of de pomp-as vrij kan draaien.
○
Controleer of de netspanning en frequentie hetzelfde is als op het typeplaatje.
○
De apparatuur moet worden uitgerust met een systeem om te voorkomen dat de pomp opstart indien
een minimum waterpeil niet aanwezig is.
○
Controleer de draairichting van de motor. Dit moet overeenstemmen met de draairichting die op het
ventilatordeksel is aangegeven.
○
Indien de motor niet opstart, zoek het probleem dan in het hoofdstuk FAQ (met mogelijke problemen en
bijhorende oplossingen) dat u verder in de handleiding zult vinden.
○
DE POMP MAG NOOIT DROOG GEBRUIKT WORDEN
Opstarten van de pomp
○
Start de pomp enkel elektrisch op wanneer de aanzuig- en afvoerleidingen verbonden zijn met de
overeenstemmende in- en uitlaten.
○
Kijk na of er geen obstakels / verstoppingen in de aanzuig- en afvoerleidingen zitten.
○
Zet spanning op de motor en pas de jets op een geschikte wijze aan om het gewenste debiet te verkrijgen.
Onderhoud en schoonmaak
○
De pompen hebben geen speciaal onderhoud of geen speciale programmering nodig.
○
Als de pomp een lange tijd inactief zal zijn, is het aangeraden om deze af te koppelen, schoon te maken
en te bewaren op een droge en goed geventileerde plaats.
○
Als het netsnoer beschadigd is, moet deze worden vervangen door de fabrikant, zijn vertegenwoordiger
of een vergelijkbaar gekwalificeerd persoon.
○
Na correcte installatie kan de pomp zichzelf automatisch ledigen.
○
Wanneer de pomp gereinigd moet worden, volg dan de volgende stappen:
○
Vul de pomp met water tot op het niveau van het mondstuk / de spuitmond.
○
Schakel de pomp in gedurende 2-3 minuten.
○
Verwijder het verontreinigde water uit de pomp nadat de motor gestopt werd.
5