Probleem
De accu laadt niet.
De motor werkt wanneer de ge-
bruiker opstaat van de stoel en het
maaidek is ingeschakeld.
De bladen kunnen niet ronddraai-
en.
Defecte grasuitworp.
1706 - 002 - 11.10.2021
Oorzaak
De hoofdzekering is defect.
De accu is defect.
De laadkabel is losgekoppeld.
Slecht contact bij de kabelklem-
men op de accupolen.
De dodemansregeling (OPC) is
defect.
Het koppelingsmechanisme is ge-
blokkeerd.
De aandrijfriem van het maaidek is
versleten of beschadigd.
Een geleidepoelie zit vast.
Een draaispil zit vast.
Het motortoerental is te laag.
Het product wordt bediend met
een te hoog toerental voor voor- of
achteruit.
Het gras is nat.
Het maaidek is niet parallel.
De bandenspanning is onjuist.
De bladen zijn versleten, bescha-
digd of zitten los.
Ophoping van gras of vuil onder
het maaidek.
De aandrijfriem van het maaidek is
versleten of beschadigd.
De bladen zijn onjuist gemonteerd. Monteer de bladen met de scherpe
Verkeerde bladen gebruikt.
Verstopte luchtgaten in het maai-
dek door ophoping van gras of vuil
rond de assen.
Actie
Vervang de hoofdzekering.
Vervang de accu.
Sluit de laadkabel aan.
Controleer de accu-aansluitingen.
Controleer alle draden, schake-
laars en aansluitingen. Indien dit
niet correct is, neemt u contact op
met een erkende servicewerk-
plaats. Gebruik het product niet als
de dodemansregeling defect is.
Verwijder de blokkade.
Vervang de aandrijfriem voor het
maaidek.
Vervang de geleidepoelie.
Vervang de draaispil.
Zet de gashendel in de snelle
stand.
Gebruik een lager toerental.
Zorg ervoor dat het gras droog is
voordat u gaat maaien.
Stel de parallelliteit van het maai-
De uitlijning van het
dek af. Zie
maaidek afstellen op pagina 121 .
Controleer de bandenspanning.
Pas de bandenspanning indien no-
dig aan.
Vervang de bladen of draai de
bouten op de bladen vast.
Reinig het maaidek.
Vervang de aandrijfriem voor het
maaidek.
rand naar beneden.
Vervang de bladen door de juiste
bladen volgens de onderdelenlijst.
Reinig rondom de assen om de
luchtopeningen vrij te maken.
129