Télécharger Imprimer la page

Globaltronics GT-Tel-02 Mode D'emploi page 20

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Het oculair wordt in de oculairhouder geplaatst. Het scherpstellen van het beeld gebeurt met
behulp van de fijnafstellingsknop. Oculairs zijn gekenmerkt door letters die het type bepalen, bijv.
K = Kellner, een drielenzig lenzensysteem, H = Huygen, HM = Huygen Mittenzwey, OR =
orthoscopisch Ramsden, SR = speciaal Ramsden, AH = achromatisch Huygen. Het nummer
naast de letters verwijst naar de brandpuntsafstand van het oculair. Als u met uw oog te dicht
bij het oculair komt, zou het door uw wimpers vuil kunnen worden of door uw adem kunnen
beslaan. Reinig het oculair voorzichtig met een zachte doek.
VERGROTING
Door oculairs van een verschillende sterkte te gebruiken, kunt u bij helder weer of op kleinere
afstanden objecten groter waarnemen. Hoe kleiner de diameter van de lens, hoe sterker de ver-
groting. Bedenk wel dat een sterkere vergroting niet hetzelfde is als „meer zien". Kies daarom
de vergroting waarmee u het beste ziet.
• Met een sterkere vergroting verkleint het gezichtsveld. U ziet van het oorspronkelijk vlak nog
slechts een deel, dat u dan wel evenredig groter of dichterbij ziet.
• De resolutie en de lichtsterkte nemen duidelijk af. Zo kunnen met een zwakke vergroting – dankzij
de hogere lichtsterkte en resolutie – vaak ook in de schemering nog waarnemingen worden
gedaan. Als de sterkste oculairs worden ingezet, zijn dan nog slechts schaduwen te zien. Zelfs
fonkelende sterren kunnen vaak nog slechts vaag worden
waargenomen.
• Het precies „vangen" van een object en instellen van de montering wordt veel moeilijker.
• Door de grote afstanden, bijv. bij sterren, is meer precisie vereist.
Met een verrekijker die een 8-of 10-voudige vergroting heeft, kan een gemakkelijke vergelijking
worden gemaakt. Als de verrekijker op een dichtbij object wordt gericht, bijv. een 2 meter
verwijderde muur, dan kan de kijker vaststellen hoe elke beweging van het lichaam, bijv.
door de ademhaling, een invloed heeft en het beeld doet bewegen. Bij een telescoop met een
brandpuntsafstand van 600/700/800 mm, een evenredige vergroting en een afstand van vele
duizenden kilometers, is dit effect nog enorm veel groter. Een afwijking van amper één millimeter
laat vaak hele sterren uit het gezichtsveld verdwijnen. Een niet voldoende stevig ingesteld statief
of een los ingestelde montering kan dan ook bijzonder ergerlijk zijn.
Om de instelling te vergemakkelijken, zijn verschillende apparaten uitgerust met een extra
fijnafstelling. Zeer hoogwaardige telescopen worden tegenwoordig voorzien van een verticaal
en horizontaal verstelbare montering of zelfs van een computergestuurde fijnafstelling. Vaak is
demontering duurder dan de eigenlijke telescoop.
37
OBSERVATIE
Voor het observeren van sterren is het niet belangrijk of het object rechtopstaand of op zijn kop
wordt waargenomen. Worden echter aardse objecten geobserveerd, dan moet tussen oculair
en hoekspiegel een omkeerprisma worden ingezet voor een normale waarneming (niet in alle
telescopen aanwezig).
Opgelet: voor zoekers bestaat geen omkeerprisma. Maar zoekers hebben wel een bijzonder
extraatje: kijk door de verkeerde kant van de zoeker, richt hem op uw hand en wijzig de afstand
tot u de huid van uw hand scherp kunt zien; u hebt een 5-voudig vergrotende microscoop.
ZO WERKT EEN TELESCOOP
38

Publicité

loading