Als de verwarming niet start, zet u de stroomschakelaar op "0" en vervolgens op "1". als de kachel
na drie keer nog steeds niet start, neem dan contact op met uw dealer.
Let op: laat de vloer tijdens de werking van de kachel nooit oververhit raken om brand te voorko-
men.
DE VLAM
Let op:
1. Zorg er bij het afsluiten van de kachel voor dat de vlam uit is voordat U het apparaat verlaat.
2 Zet de aan / uit- schakelaar op stand "0", de ventilator werkt niet meer en de indicator dooft
uit, haal de stekker uit het stopcontact.
VEILIGHEID APPARAAT
Uitvlambeveiliging. Maakt gebruik van een fotocel om de vlam in de verbrandingskamer te ontste-
ken tijdens normaal gebruik. De lichtgevoelige weerstand wordt oneindig groot, veiligheid stopt de
olie aanvoer automatisch, de ventilator werkt 90 seconden en schakelt dan de stroom uit.
Bescherming tegen stroomuitval. Wanneer de stroom uitvalt, werkt de verwarming niet meer zon-
der dat de stekker uit het stopcontact is gehaald. Wanneer de stroom is hersteld, zal de indicator
oplichten, maar de verwarming werkt niet meer.
Druk op de aan / uit-schakelaar om de kachel te starten.
WERKING
A. Verbrandingskamer B. Bougie C. Ventilatorblad D. Motor E. Pomp
F. Luchttoevoer filter G. Luchtuitlaatfilter H. Brandstoftank I. Regelaar
J. Luchtinlaatbuis K. Elektroklep L. Vlamvaste plaat M. oliespuitmond